Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 25593]
Dienst/afdeling: RGR
Betreft:
Inleiding
Voorstel
Motivering/Toelichting
Agendapuntnummer: 1a
Aantal bijlagen: --
Aanpassing vragenuur.
In het fractievoorzittersoverleg van 11 maart 2005 is gesproken over het vragenuur. Daarbij zijn een
aantal afspraken gemaakt om het vragenuur beter te laten verlopen. In meerderheid hebben de
fractievoorzitters ingestemd met de voorgestelde verbeterpunten.
Ook is gesproken over het vragenrecht zoals dat nu is geregeld in artikel 41 van het vergaderreglement
en de rondvraag op de raadsagenda. Ook hier zijn een aantal verbeterpunten afgesproken wat ten
aanzien van de regeling in artikel 41 leidt tot een wijziging.
Voorgesteld wordt:
1Voor de duidelijkheid in artikel 42 van het vergaderreglement aan te geven aan welke eisen een
vraag voor het vragenuur moet voldoen en de toetsing van de vragen op te dragen aan de voorzitter.
2. Het vragenrecht als bedoeld in artikel 41 van het Reglement van Orde voor de gemeenteraad te
beperken tot het schriftelijke vragenrecht en dit artikel dienovereenkomstig te wijzigen.
Vragenuur
De afspraken met betrekking tot het vragenuur zijn de volgende:
De door raadsleden bij de voorzitter ingediende vragen worden door de raadsvoorzitter getoetst
op de navolgende criteria:
o Het moet gaan om een politiek relevant (gemeentelijk) onderwerp
o Het moet een zodanig spoedeisend karakter hebben dat de vraag niet via een andere
weg kan worden gesteld (schriftelijk of via de rondvraag in een raadscommissie).
Bij het vragenuur worden de navolgende spreektijden gehanteerd (bevoegdheid voorzitter op
basis van artikel 42, vierde lid):
o De vraagsteller krijgt per onderwerp (dus niet per vraag) maximaal één minuut voor het
stellen van de vraag en het eventueel geven van een korte toelichting daarbij
o Het collegelid dat moet antwoorden krijgt per onderwerp maximaal drie minuten op de
gestelde vraag of vragen,
o De vraagsteller krijgt ook voor de eventuele vervolgvraag of vragen wederom maximaal
één minuut.
o Indien er andere raadsleden zijn die ook een vraag of vragen wensen te stellen over een
aan de orde zijnde onderwerp krijgt ieder raadslid eveneens maximaal één minuut,
o Het collegelid dat antwoord op de gestelde vervolgvraag of -vragen krijgt in totaal
maximaal twee minuten om te antwoorden.
Onderwerpen die na één uur nog niet aan de orde zijn gekomen komen te vervallen
(bevoegdheid voorzitter op basis van artikel 42, eerste lid).
Deze meeste van deze verbeterpunten kunnen plaatsvinden binnen de bevoegdheden van de voorzitter
zoals neergelegd in artikel 42 van het vergaderreglement. Alleen de toetsing door de voorzitter zou zoals
ook bij de Tweede Kamer voor alle duidelijkheid een basis gegeven moet worden in het vergader
reglement. Het fractievoorzittersoverleg heeft in meerderheid ingestemd met de bovengenoemde criteria.
Afgesproken is dat over enige tijd de gang van zaken rondom het vragenuur nog eens tegen het licht zal
worden gehouden.
-1-