Gemeente Breda
Raadsbesluit
Registratienr: 25506]
Dienst/afdeling: CPO
Artikel 4 Zakelijke reiskosten.
1De burgemeester, die voor vervoer binnen de gemeente gebruik maakt van de dienstauto en
daarnaast regelmatig gebruik maakt van de eigen auto, ontvangt daarvoor een vaste vergoeding,
welke gelijk is aan de helft van het vergoedingsbedrag, dat bij of krachtens de Regeling rechtspositie
burgemeesters is vastgesteld.
2. Voorzover reizen voor de uitoefening van de functie niet volgens het eerste lid, worden vergoed,
wordt naast de tegemoetkoming, bedoeld in artikel 3, aan de burgemeester een vergoeding
verleend voor gemaakte reiskosten ter zake van andere dan de in artikel 3 bedoelde reizen ten
behoeve van de gemeente. Overeenkomstig de bij of krachtens de Regeling rechtspositie
burgemeesters betreft de vergoeding:
a. De kosten voor het gebruik van het openbaar vervoer;
b. Bij gebruik van een eigen personenauto een bedrag per afgelegde kilometer.
3. Aan de wethouder wordt naast de tegemoetkoming, bedoeld in artikel 3, vergoeding verleend voor
gemaakte reiskosten ter zake van andere dan de in artikel 3 bedoelde reizen ten behoeve van de
gemeente. Overeenkomstig de bij of krachtens de Regeling rechtspositie wethouders betreft de
vergoeding:
a. De kosten voor het gebruik van het openbaar vervoer;
b. Bij gebruik van een eigen personenauto een bedrag per afgelegde kilometer.
Artikel 5 Verblijfkosten
De in redelijkheid noodzakelijk gemaakte werkelijke verblijfkosten ter zake van reizen, bedoeld in
artikel 4 worden volledig aan de burgemeester en/of wethouder vergoed.
Artikel 6 Dienstauto
1De burgmeester en/of wethouder kunnen voor reizen ten behoeve van de gemeente gebruik maken
van een dienstauto met chauffeur.
-3-