Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 25911]
Dienst/afdeling: JP
Consequenties
Communicatie
Er is voor gekozen geen wal langs de weg aan te leggen om zo het zicht van en naar het buitengebied
vrij te houden en de nieuwe woningen niet 'op te sluiten'. Bovendien past een wal niet in de ecologische
zone.
Met betrekking tot het opschuiven van het bouwblok naast de woningen Talmastraat 117-119 in oostelijke
richting zijn geen toezeggingen gedaan. Het betreffende bouwblok is op zo groot mogelijke afstand
gesitueerd van de woningen Talmastraat 117 en 119. Nog verder opschuiven in oostelijke richting is uit
stedenbouwkundig oogpunt niet aanvaardbaar. Het is wenselijk tussen de nieuwe woonblokken onderling
en tussen de nieuwe en bestaande bebouwing (groene) ruimte te behouden om het achterliggende park
te kunnen betreden en om de doorkijk naar het zuiden te behouden. Overigens is het bouwblok op de
meest recente tekeningen niet dichter bij de woning van reclamanten gekomen. Ook is er geen sprake
van dat de Fagelstraat wordt doorgetrokken tot in het park, zoals reclamanten schrijven.
Om de privacy van de bewoners van Talmastraat 117 en 119 zo goed mogelijk te waarborgen, is tijdens
het planproces de maximale hoogte van het naastgelegen bouwblok omlaag gebracht. Ook is toegezegd
dat ter verhoging van de privacy, indien gewenst een groene haag op de erfafscheiding van het perceel
Talmastraat 117 kan worden gerealiseerd.
Het aankopen van de woningen Talmastraat 93 en 95 is gebeurd ten behoeve van een goede verkaveling
van het gebied. Hierdoor kan een volledig woonblok worden gerealiseerd in plaats van een woonblok met
een "hap" eruit.
Ten aanzien van de speelgelegenheid kan worden opgemerkt dat deze in het plangebied, ten zuiden van
de woning van reclamant, zal worden gerealiseerd.
Op grond van bovenstaande overwegingen achten wij de zienswijze ongegrond.
Juridische.
Op grond van het bepaalde in de Wet op de Ruimtelijke Ordening kunnen diegenen die zienswijzen
hebben ingebracht, danwel diegenen die kunnen aantonen daartoe niet in de gelegenheid te zijn
geweest, bedenkingen inbrengen bij Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant en eventueel daarna
beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.
Na vaststelling door de gemeenteraad zal het bestemmingsplan zo spoedig mogelijk ter inzage gelegd
worden gedurende 4 weken en publicatie hiervan zal plaatsvinden door aankondiging in Het Stadsblad en
de Staatscourant.
Burgem. ivan Breda
burgemeester.
secretaris.
w
-3-