Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 26282]
Dienst/afdeling: CAJZ
Consequenties
Communicatie
Hoewel deze rechtspraak voornamelijk betrekking heeft op voorbereidingsbesluiten welke dienen als
basis voor een te voeren artikel 19 WRO-procedure heeft de commissie zich in een eerdere zaak op het
standpunt gesteld dat deze jurisprudentie ook van betekenis is voor de gevallen van een "werend"
voorbereidingsbesluit, dat er juist op gericht is ongewenste ontwikkelingen te voorkomen.
De commissie is bovendien van mening dat reclamanten een te somber beeld schetsen van de situatie.
Ingediende aanvragen om bouwvergunning die in overeenstemming zijn met het bestemmingsplan
dienen op grond van artikel 50, eerste lid Ww aangehouden te worden indien een voorbereidingsbesluit
geldt. Een voorbereidingsbesluit vervalt indien niet binnen één jaar na de datum van inwerkingtreding
daarvan het ontwerp van een bestemmingsplan ter inzage is gelegd. Vervolgens zullen alle aangehouden
aanvragen om bouwvergunning afgedaan dienen te worden op basis van het dan nog steeds vigerende
bestemmingsplan.
Indien een bouwplan ingediend wordt dat in strijd is met het vigerende bestemmingsplan, is het juist
mogelijk een vrijstelling ex artikel 19, eerste lid WRO te verlenen indien een voorbereidingsbesluit geldt.
De commissie is dan ook van mening dat in dit geval dan ook zeker geen sprake is van onevenredige
beperking in het eigendomsrecht of van ontwikkelingsmogelijkheden van bedrijven.
Ten aanzien van het verzoek om kostenvergoeding van "CSM Suiker" overweegt de commissie als volgt.
Artikel 7:15, tweede lid, Awb bepaalt dat de kosten, die de belanghebbende in verband met de
behandeling van bezwaar redelijkerwijs heeft moeten maken, door het bestuursorgaan uitsluitend worden
vergoed op verzoek van de belanghebbende voorzover het bestreden besluit wordt herroepen wegens
aan het bestuursorgaan te wijten onrechtmatigheid.
Gelet op het bepaalde in artikel 7:15, tweede lid, Awb, alsmede het bepaalde in het besluit Proceskosten
Bestuursrecht adviseert onze commissie uw college om "CSM Suiker" geen kostenvergoeding toe te
kennen. In het onderhavige geval is namelijk niet voldaan aan het vergoedingscriterium omdat geen
herroeping plaatsvindt van het primaire besluit.
Juridisch
Belanghebbenden kunnen tegen dit besluit binnen zes weken na dagtekening beroep instellen bij de
rechtbank, sector bestuursrecht, in Breda.
Beslissing op bezwaar wordt aan belanghebbenden toegestuurd.
De commissie Stedelijke Ontwikkeling en Verkeer kan zich met dit voorstel van het college van