3. Fracties zijn verplicht alle medewerking te geven aan het onderzoek van de accountant en
op diens verzoek alle bewijsstukken te verstrekken en overleggen betreffende de
bestedingen van de bijdrage voor fractieondersteuning.
4. De raad stelt na ontvangst van de bevindingen van de accountant de totaalbedragen vast
van:
a. De vergoedingen aan een fractie die in het vorige kalenderjaar zijn uitgekeerd;
b. De wijziging van de reserve
c. De resterende reserve
d. De verrekening tussen de in onderdeel a genoemde vergoedingen en het ontvangen
voorschot en, voorzover nodig, de hoogte van de terugvordering van ontvangen
voorschotten en reserves.
5. De fracties dienen voor het in het eerste l'id bedoelde verslag/verantwoording gebruik te
maken van het bij deze verordening en als zodanig gewaarmerkte model.
Artikel 9. Overgangs- en slotbepalingen
1In de gevallen waarin deze verordening niet voorziet of bij vragen rondom interpretatie is
het fractievoorzittersoverleg bevoegd een beslissing te nemen.
2. Verslaglegging als bedoeld in artikel 8 vindt over 2006 plaats over de maanden april tot en
met december.
3. Het totaal van de reserve en voorzieningen van fracties zoals deze bedroeg op 31 maart
2006 blijft na 1 april 2006 voor de desbetreffende fractie beschikbaar tot aan de dag
waarop de gemeenteraadsverkiezingen plaatsvinden in 2010, ongeacht de hoogte van dit
bedrag.
4. Deze verordening kan worden aangehaald als 'Verordening op de fractieondersteuning
2006'.
5. Deze verordening treedt met terugwerkende kracht in werking op 1 april 2006 onder
intrekking van de 'Verordening op de fractieondersteuning 2004'.
3