accountant als voorbeeld bij de vergoeding van een etentje te vermelden het doel en met wie is
gegeten.
Artikel 7: Reserve
Overeenkomstig het model van de VNG is een bepaling opgenomen die het opbouwen van reserve
beperkt. De reserve is hierbij de niet bestede middelen uit de fractievergoeding. Vanuit fracties is
echter aangegeven dat in verband met het verplichtingen jegens personeel - zoals een
fractiemedewerker - het noodzakelijk is een voorziening te kunnen opbouwen om eventuele financiële
verplichtingen jegens dit personeel te kunnen nakomen (zoals wachtgeldverplichtingen). Het door de
VNG gehanteerde maximale bedrag wat als reserve mag worden opgebouwd is voor een aantal
fracties daartoe onvoldoende. Daarnaast vinden de fracties het wenselijk de mogelijkheid een bedrag
te kunnen sparen voor grotere uitgaven. Aldus is de bepaling betreffende de reserve gewijzigd ten
opzichte van het VNG model. In deze verordening is bepaald dat het bedrag dat als reserve en
voorziening mag worden opgebouwd aan het einde van een raadsperiode niet hoger mag zijn dan
50% van het bedrag dat de fractie in het vorige kalenderjaar ontving aan fractievergoeding. Wat
betreft de administratie wordt opgemerkt dat deze wordt ingericht op kasstelsel.
De accountant wijst er in zijn advies op dat veel fracties in de raadsperiode 2002-2006 een reserve
hebben opgebouwd elke hoger is dan het in dit artikel genoemde percentage. Hij adviseert dan ook
om de stand van zaken van de reserves op 31 maart 2006 te inventariseren en deze reserve af te
wikkelen conform deze verordening met dien verstande dat aan deze reserve geen verantwoording
ten grondslag ligt. Dit advies is niet overgenomen. De raad kiest er voor de op 31 maart 2006
opgebouwde reserve te behouden voor de volledige raadsperiode 2006-2010 met dien verstande dat
aan het einde van deze raadsperiode het bepaalde in artikel 7 van toepassing is. Dit is geregeld in
artikel 9, derde lid.
Artikel 8: Verantwoording en controle
De raad heeft naar aanleiding van het advies van professor Bac besloten alsnog te voorzien in een
regeling omtrent de verantwoording en de controle en in het verlengde daarvan een toetsingskader.
Wat betreft de bepalingen omtrent de verantwoording en de controle is aangesloten bij de regeling
van het landelijke model van de VNG. Omdat de fractiegelden in Breda relatief bescheiden zijn is wat
betreft de verantwoording bepaald dat de fracties verslag doen over een kalenderjaar binnen twee
maanden in plaats van drie. In een verkiezingsjaar wordt dan verslag uitgebracht voor de
verkiezingen.
Ten opzichte van het landelijke model zijn op advies van de accountant en na contact met de VNG
enkele tekstuele aanpassingen aangebracht. Zoals de accountant in zijn advies aangeeft stelt de raad
uiteindelijk de totaalbedragen van de uitgaven, de reserve (inclusief mutatie) en inclusief eventuele
verrekeningen vast. Hiermee beslist de raad dus in laatste instantie welke kosten ten laste van de
fractievergoeding kunnen worden gebracht.
In de verordening is voorzien een model dat fracties gebruiken moeten voor de in te dienen
verantwoording/verslag. Opgemerkt wordt dat de accountant dit ook adviseert opdat ook controle en
verantwoording door de accountant over de verantwoordingen eenduidig kan plaatsvinden. Tot slot is
op advies van de accountant een bepaling opgenomen die de fracties verplicht medewerking te geven
aan het verstrekken en overleggen van bewijsstukken.
Artikel 9: Overgangs- en slotbepalingen
Voorgesteld wordt de verordening in te laten gaan op 1 april 2006. De bevoorschotting voor de eerste
drie maanden van dit verkiezingsjaar heeft al plaatsgevonden. In april vindt de bevoorschotting plaats
voor het tweede deel van het jaar. Daarbij is bepaald dat ook de verantwoording over 2006 plaatsvindt
over de periode 1 april tot en met 31 december 2006. Aldus kan de raad in nieuwe samenstelling met
een schone lei beginnen.
Verder is in deze bepaling voorzien in een overgangsregeling met betrekking tot de voor 1 april 2006
opgebouwde reserve en de verantwoording/verslag over 2006.
7