Gemeente Breda
Raadsbesluit
Registratienr: 28343]
Dienst/afdeling: RGR
Aantal bijlagen: -
De raad van de gemeente Breda;
gezien het voorstel van het fractievoorzittersoverleg en met overname van de daarin vermelde
overwegingen;
gelet op de artikelen V4 van de Kieswet en de artikelen 16 en 35 van de Gemeentewet;
besluit:
1Ten behoeve van het onderzoek naar de integriteit van wethouders door de Commissie Onderzoek
Geloofsbrieven en de benoeming van een plaatsvervangend lid het eerste en tweede lid van artikel 6
van het Reglement van Orde voor de gemeenteraad als volgt te wijzigen:
Artikel 6
1Er is een commissie voor:
a. het onderzoeken van de aan de raad ingezonden geloofsbrieven van een tot lid van de
raad benoemde en van de overige door de Kieswet geëiste stukken, welke met de
geloofsbrieven zijn overlegd;
b. het onderzoeken van de benoembaarheid van de kandidaten die aan de raad worden
voorgesteld om te worden benoemd tot wethouder waarbij in ieder geval getoetst wordt
aan hetgeen is bepaald in de artikelen 36a en 10, 36b, 41 en 41c, eerste lid 1, in
combinatie met artikel 15, eerste en tweede lid, van de Gemeentewet en de eisen zoals
zijn opgenomen in de door de raad voor wethouders vastgestelde gedragscode.
2. Deze commissie bestaat uit een voorzitter en twee leden, te benoemen door en uit de raad
in de eerste vergadering van elke zittingsperiode. Bij ontstentenis van één van deze leden
van de commissie wordt deze vervangen door een door en uit de raad te benoemen
plaatsvervangend lid.
2. Te benoemen tot lid van de Commissie Onderzoek Geloofsbrieven de heer Haarhuis
3. Te benoemen tot plaatsvervangend lid van de Commissie Onderzoek Geloofsbrieven mevrouw
Boelema.
-1-