Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 28327] Dienst/afdeling: VGEP/PM Motivering/Toelichting Het geschil tussen de bouwcombinatie Van der Linden/Strukton VOF en de gemeente had betrekking op de volgende claim van de bouwcombinatie. niet betaalde facturen 346,870,- meer en minderwerk 173.787,- waterschade, tijdgebonden kosten en acceleratiekosten 863.665,- Buitenrechtelijke incasso kosten 31.989,- Procedure kosten 24.154,- Wettelijke rente (afhankelijk van tijdstip betalen) 150.000,- Totaal van de claim 1.590.465,- De uitspraak van de Raad van Arbitrage van de bouw is als volgt niet betaalde facturen 346.870,- meer-en minderwerk 109.489,- waterschade, tijdgebonden kosten en acceleratiekosten 357.291,-- Buitenrechtelijke incasso kosten 0,~ Procedure kosten 21.240,- Wettelijke rente (afhankelijk van tijdstip van betalen) 124.030,- Totaal van het vonnis 958.920,™ Naar aanleiding van het collegebesluit van 20 juli 2004 is parkeergarage de Prins overgedragen aan de afdeling Parkeren en is de projectadministratie afgesloten. De arbitrage de Prins is, na de decharge en afrekening van de bouwuitvoering, als apart project behandeld. Nu de uitspraak van de Raad van Arbitrage er ligt wordt voorgesteld om de projectorganisatie décharge te verlenen en de projectadministratie volledig af te sluiten. Het exacte bedrag wat betaald moet worden is afhankelijk van de datum van betaling in verband met de berekening van de wettelijke rente. In deze opstelling is rekening gehouden met 1 juli 2006 als betaaldatum. Naast de betaling aan de bouwcombinatie zijn er kosten gemaakt voor juridische ondersteuning en ambtelijke kosten. De kosten maken tevens deel uit van het project arbitrage de Prins en bedragen 212.000,-. De totale kosten van het project bedragen derhalve 1.171.000,-. De juridisch adviseur van de gemeente in deze zaak, Van Doorne advocaten te Amsterdam, adviseert om niet tegen de beslissing in beroep te gaan. Voorgesteld wordt om het gehele bedrag van 1.171.000,- ten laste te brengen van de afdeling Parkeren en de projectorganisatie decharge te verlenen. RESTEREND PROBLEEM/GESCHIL Na de oplevering van de parkeergarage is een ernstige lekkage aan het licht gekomen vanwege een verkeerde waterafvloeiing van de daglichtrand welke is aangebracht aan drie zijden van het gebouw. Deze rand, geconstrueerd van beton met daarin aangebracht glazen bouwstenen, loopt af naar het gebouw toe in plaats van naar de weg. Omdat hier van een bouwfout gesproken kan worden is deze zaak door ons indertijd ingebracht in de arbitrage. Hierover is geen concrete uitspraak gedaan, maar de aannemer heeft verklaard bereid te zijn om hierover met de opdrachtgever te praten. Vanwege het urgente karakter van deze lekkage hebben wij technisch adviesbureau Royal Haskoning, dat getekend heeft voor het ontwerp van het gebouw, gevraagd om onderzoek te doen en mogelijke oplossingen aan te dragen. Inmiddels hebben zij rapport uitgebracht en een technische oplossing voorgesteld welke begroot wordt op ca 200.000,-. Inmiddels is de aannemer van deze rapportage op de hoogte gesteld en is hem verzocht om met ons in overleg te treden over een mogelijk financieel vergelijk. Deze reparatie zal dit jaar uitgevoerd moeten worden omdat anders schadeclaims zullen ontstaan vanuit de eigenaars van de bovenbouw. Wij zijn inmiddels in overleg met de vereniging van eigenaars van dit gebouw over de uitvoering hiervan. De kosten van deze reparatie, voor zover deze voor rekening van de gemeente zijn, zullen worden gedekt binnen de begroting van de afdeling Parkeren.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2006 | | pagina 157