Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 28806] Dienst/afdeling: VSO/JP Consequenties Communicatie De huidige bestemming geeft het best het huidige gebruik van de gronden en gebouwen weer en er wordt dan ook geen aanleiding gezien een wijziging van deze bestemming in deze partiele herziening mee te nemen. Bovendien zijn al plannen in behandeling om deze panden te verbouwen tot 9 appartementen met op de begane grond commerciële ruimten. Conclusie. Deze zienswijze ongegrond te verklaren. M.G.L.Janssens. Inhoud zienswijze. Verzoekt in de planherziening tevens die zaken me te nemen welke in een procedure voor het bebouwen van een perceel aan de Minister Nelissenstraat (locatie 3:Zonnebloemstraat-zuid) als probleem naar voren zijn gekomen. Het betreft hier het vastleggen van de maximale bouwdiepte, het opnemen van een begripsbepaling inzake ontsluiting op een openbare weg, het niet goed geregeld zijn van parkeren op eigen terrein en de maximale goothoogte voor betreffende perceel is niet passend in de omgeving. Is niet tegen bebouwing van het bedoelde perceel maar deze moet wel passen in de omgeving. Beoordeling. Het perceel waar reclamant op doelt betreft een ontwikkelingslocatie waarvoor een rechtstreekse bouwtitel is opgenomen in het bestemmingsplan. De voorwaarden waaronder tot ontwikkeling mag worden overgegaan zijn opgenomen in artikel 6, lid 2 onder I van de voorschriften van het bestemmingsplan Breda-Zuid. Op basis hiervan is deze locatie reeds grotendeels bebouwd. Ten aanzien van de door reclamant gemaakte bemerkingen wordt opgemerkt dat de goothoogte is vastgelegd en passend is binnen de naaste omgeving, dat is vastgelegd dat het gebied ontsloten dient te worden via de Zonnebloemstraat en parkeren op eigen terrein dient plaats te vinden. Voor zover deze bepalingen niets zeggen over andere zaken is het bepaalde in lid 2 onder II sub 1van toepassing. Hierin is in ieder geval ook een maximale diepte voor woningen opgenomen. Deze zaken zijn dus afdoende geregeld en niet voor meerdere uitleg vatbaar en een wijziging of aanvulling van deze bepalingen wordt niet noodzakelijk geacht. Conclusie. Deze zienswijze ongegrond te verklaren. Juridische. Tegen het vastgestelde bestemmingsplan kunnen alleen nog bedenkingen worden ingebracht bij Gedeputeerde Staten door degene die aan kan tonen niet in staat te zijn geweest tijdig zienswijzen tegen het plan kenbaar te maken. Na vaststelling van het bestemmingsplan door uw raad zal het besluit en het vastgestelde plan gedurende 6 weken ter inzage worden gelegd waarvan kennis zal worden gegeven in de Staatscourant en het Stadsblad. Burgemeester en wethouders van Breda burgemeester.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2006 | | pagina 27