Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 29080] Dienst/afdeling: VSO/JP Betreft: Inleiding Voorstel Motivering/Toelichting Agendapuntnummer: 8 Aantal bijlagen: Toekennen planschadevergoeding aan de eigenaar van Haagweg 366-368 te Breda. Namens de heer dhr. mr. E.C.P.G.M. Fleskens, Haagweg 366-368 te Breda zijn een tweetal planschade- verzoeken ingediend op grond van artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO). Verzoeker is van mening dat hij door de opeenvolgende bestemmingsplannen "Zuilen" en "Princenhage" schade lijdt in de vorm van waardevermindering van zijn eigendom. Nadat het verzoek ontvankelijk is verklaard, is het ter advisering voorgelegd aan een schadebeoordelings- commissie, Adviesbureau Van Montfoort te Amersfoort. Het betreft een aanvraag van voor 1 september 2005. Volgens "oud" recht is uw raad bevoegd gezag. Te besluiten om aan dhr. mr. E.C.P.G.M. Fleskens, Haagweg 366-368 te Breda een planschadevergoe ding toe te kennen met betrekking tot Haagweg 366-368 te Breda. Een en ander overeenkomstig het bij dit voorstel behorende conceptraadsbesluit. Door mr. K.M. Peters van Mannaerts Appels te Tilburg is namens de heer mr. E.C.P.M.G. Fleskens een tweetal verzoeken om planschadevergoeding ingediend met betrekking tot het perceel Haagweg 366-368 te Breda. Het verzoek van 3 december 2003 heeft betrekking op planschade als gevolg van het bestemmingsplan "Zuilen". Gesteld wordt dat door het bestemmingsplan "Zuilen" bouwmogelijkheden zijn komen te vervallen door de keuze van een maximale bouwhoogte van 8 meter en een bebouwingspercentage van 40%. Terwijl onder het voorheen geldende bestemmingsplan "Heilaar 1971" een maximale goothoogte van 8 meter (max. 12 meter nokhoogte) gold en een bebouwingspercentage van 40% met een vrijstellingsmogelijkheid tot maximaal 1/5 deel hiervan. Op basis van het verschil in de mogelijk te realiseren bruto vloeroppervlakte kantoorruimte en een gehanteerde prijs van 200,- per m2 (per peildatum) alsmede een gebruikelijke winstmarge komt de gemachtigde van de heer Fleskens tot een planschade van 1.387.330,-. Het verzoek van 13 februari 2004 heeft betrekking op planschade als gevolg van het bestemmingsplan "Princenhage". Gesteld wordt dat door het bestemmingsplan "Princenhage" wederom bouwmogelijkheden zijn komen te vervallen. Onder het bestemmingsplan "Zuilen" bestond op het perceel van belanghebbende bebouwingsmogelijkheden met een maximale bouwhoogte van 8 meter en een maximaal bebouwingsper centage van 40 zonder vrijstellingsmogelijkheid. In het bestemmingsplan "Princenhage" is volgens gemachtigde gekozen voor een maximaal bebouwingspercentage van 50 maar is voorts gekozen voor een bouwhoogte van maximaal 3 meter gerekend vanaf 15 meter na de voorgevelrooilijn (artikel 6 lid III sub 6). Voornoemd verschil in bebouwingsmogelijkheden leidt volgens gemachtigde per saldo tot een verschil van 2 verdiepingen (boven de begane grondlaag) vanaf 15 meter na de voorgevelrooilijn en aldus tot een verschil van 4.080 m2 bruto (verhuurbare) vloeroppervlakte aan kantoorruimte. Dit vertaalt zich volgens gemachtigde bij een gehanteerde prijs van 250,- per m2 (per peildatum) alsmede een gebruike lijke winstmarge in een planschade van 1.530.000,-- te vermeerderen met een nader te bepalen waarde vermindering als gevolg van de aanduiding "Karakteristiek dorpsgezicht". De verzoeken zijn voor advies in handen gesteld van adviesbureau Van Montfoort. Op basis van jurispru dentie heeft adviesbureau Van Montfoort beide aanvragen in één advies vervat. Om de aanvraag te kunnen beoordelen is door Adviesbureau Van Montfoort achtereenvolgens een planologische vergelijking gemaakt tussen het bestemmingsplan "Heilaar 1971", dat ten tijde van de aankoop gold, en het bestemmingsplan "Zuilen" en tussen het bestemmingsplan "Zuilen" en het bestemmingsplan "Princenhage". -1-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2006 | | pagina 96