Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 29832] Dienst/afdeling: VSO/JP Beoordeling 1De (bestaande) parkeeroverlast is te voorkomen door het invoeren van gereguleerd parkeren. Met de benodigde procedure is reeds een start gemaakt. Het is aan de bewoners zelf of een dergelijke regeling al of niet wordt ingevoerd. Bij alle nieuwe ontwikkelingen, inclusief de OV Terminal, dient parkeren op eigen terrein te voorzien. Extra parkeeroverlast t.g.v. de ontwikkelingen zal dus niet optreden. Zie voor de vragen over de gezondheidsrisico's punt 2 'milieuaspecten' bij de algemene beantwoording zienswijzen aan het begin van dit document. 2. De nieuwe bebouwing aan de Kievitstraat en de Kwartelstraat wordt gerealiseerd op gronden van de NS. De vrees dat er openbaar groen verloren zou gaan op het Touwterrein en de Kievietsstraat is onterecht. Er is geen verlies aan groen. Wel is denkbaar dat de huidige groeninrichting aan de Kievietsstraat wordt gewijzigd in een andere groeninrichting. Het Touwterrein blijft in zijn huidige opzet gehandhaafd. Zie ook punt 3 groenstrook Kievietstraatbij de algemene beantwoording zienswijzen aan het begin van dit document. Conclusie De zienswijze ten aanzien van het onderdeel groen Kwartelstraat gegrond te verklaren en voor het overige ongegrond te verklaren. Brabantse Milieu Federatie Inhoud van de zienswijze 1. Een verkeerscirculatieplan wordt gemist. Hierdoor kunnen belangrijke milieuaspecten niet beoordeeld worden. De volgorde van verkeersafwikkeling dient te zijn: voetganger, fietser, openbaar vervoer en als laatste auto. De BMF pleit voor een knip in de Stationslaan, dan wel een verkeersluw noordplein. 2. Het beleid ten aanzien van luchtkwaliteit is volstrekt onvoldoende. De BMF zal zonodig de Raad van State deze zaak ter beoordeling voorleggen, de BMF twijfelt aan de gehanteerde salderingsmethode. De BMF pleit voor het instellen van een milieuzonering. 3. De BMF kan zich niet verenigen met de keuze voor het voorliggende ontwerp van de OV Terminal. Beoordeling 1. Ten behoeve van de ontsluiting van de Spoorzone zijn in de Structuurvisie 2025 de hoofdlijnen aangegeven. Hierbij is voor elke vervoerssoort een ontsluitingsstructuur aangegeven. Het MER geeft aan welke maatregelen kunnen worden genomen om deze ontsluiting verder te optimaliseren en de overlast voor bewoners te beperken. In het kader van de Bereikbaarheidsvisie wordt de definitieve ontsluitingsstructuur vastgesteld. De Belcrumvariant is in deze bereikbaarheidsvisie als één van de varianten opgenomen. 2. Zie punt 2 'milieuaspecten' bij algemene beantwoording zienswijzen aan het begin van dit document. 3. Het College en de Raad hebben na ampel beraad en binnen hun bevoegdheden, deze keuze gemaakt. Van de opvatting van de BMF wordt kennis genomen. Conclusie De zienswijze ongegrond te verklaren. Inhoud van de zienswijze 1. Het bestemmingsplan houdt onvoldoende rekening met de milieuruimte die CSM nodig heeft voor de specialiteitenfabriek. Er is onvoldoende onderzoek gepleegd en er zijn verkeerde uitgangspunten gehanteerd. 2. Het ontwerp bestemmingsplan laat ten onrechte geluidsgevoelige bestemmingen toe binnen de 50 en de 55 dB(A) contour van het industrieterrein "Breda noord". In het kader van het bestemmingsplan had onderzoek verricht moeten worden naar de geluidsbelastingen op de gevels van de te realiseren woningen. CSM vreest hierdoor in de toekomst in haar bedrijfsvoering te worden belemmerd. CSM Suiker -17-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2007 | | pagina 159