Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 29832]
Dienst/afdeling: VSO/JP
7. In het bestemmingsplan Stationskwartier wordt verwezen naar de luchtkwaliteitrapportage van KEMA
(rapportage "Luchtkwaliteit Breda Spoorzone, kenmerk 30630201-TOS/MEC 06-9396 d.d. 5 juli 2006).
Voor meer informatie over milieuaspecten wordt verwezen naar punt 1 'milieuaspecten' bij de algemene
beantwoording zienswijzen aan het begin van dit document.
8. De parkeernormen zijn, om tegemoet te komen aan de zienswijze van bezwaarmaker, alsnog
opgenomen in het bestemmingsplan Stationskwartier.
9. De gedachte van bezwaarmaker stoelt op een misvatting over de werking van
vrijstellingsbevoegdheden. Deze bevoegdheden zijn een geaccepteerd onderdeel van
bestemmingsplannen. Het college dient zich bij gebruik van een dergelijke bevoegdheid te houden aan
de grenzen die daaraan gesteld zijn. Zo leiden de vrijstellingen niet tot een vergroting van het totale
programma of bouwhoogtes.
10. Voor het antwoord verwijzen wij naar punt 5 'OV terminal en noord-zuid as' bij de algemene
beantwoording zienswijzen aan het begin van dit document.
11Onduidelijk is wat de Stichting hiermee bedoelt. De plangrens van het bestemmingsplan
Stationskwartier sluit aan op de plangrens van het vigerende plan Spoorbuurt. Bovendien moeten
effecten van ontwikkeling, zelfs als ze buiten de formele plangrens zijn gelegen, inhoudelijk worden
meegewogen bij de besluitvorming.
12. Dit is een stedenbouwkundige term die wordt gegeven aan elementen die de structuur, het beeld of
het karakter van de stad bepalen. Zoals een rivier, een singel, parken, wegen en spoorlijnen,
industriecomplexen, etc.
13. Voor zover er al sprake is van electro-magnetische effecten, dan blijven deze (ruim) onder de
wettelijke normen. Het is overigens een wettelijke verplichting dergelijke infrastructuur op de plankaart
aan te geven.
14. Deze opvatting bestrijden wij. De ontwikkeling van dit in onbruik geraakte gebied tot een openbaar
vervoersknooppunt en een stedelijk woon- en werkmilieu, is juist in zichzelf al een goede wijze om tot
beperking van de automobiliteit te komen. Rijk en Provincie ondersteunen dit.
15. Het Stationskwartier is niet DE spoorzone, maar een onderdeel daarvan. Niet in ieder onderdeel is de
context aanwezig om volledig aan alle doelstellingen tegemoet te komen. Toch wordt door het omzetten
van een in onbruik geraakt rangeerterrein tot een stedelijk woon- en werkgebied, de barrière werking
aanmerkelijk verminderd. Ook door de aanleg van de Stationslaan, welke mede bedoeld is om de
verkeersintensiteit op de Academiesingel te verminderen, wordt een stap gezet de relatie Spoorzone -
binnenstad te verbeteren.
De genoemde Toetsbrief (december 2003) is een beoordeling door het Rijk van het Masterplan uit 2003.
De brief gaat in op diverse aspecten van het Masterplan. De beoordeling heeft te doel te bezien of het
Masterplan voldoet aan de verschillende Rijksdoelen. Als belangrijkste elementen zijn te noemen het
stedenbouwkundig ontwerp, de Terminal en de milieu-aspecten. Het stedenbouwkundig ontwerp is sinds
2003, mede als gevolg van de geplaatste opmerkingen, ingrijpend gewijzigd. Ook het ontwerp van de
Terminal is sindsdien gewijzigd. De gemaakte kanttekeningen ten aanzien van het milieu zijn
meegenomen bij het opstellen van het bestemmingsplan.
16. Het bestemmingsplan kan naar zijn aard slechts condities scheppen om te komen tot een wervend
stedelijke milieu.
17. Deze kritiek is gericht op het parkeerbeleid van de gemeente en niet tegen dit bestemmingsplan.
Bovendien is de kritiek niet correct. De normen in het Stationskwartier zijn juist strenger dan in de rest
van de stad om de automobiliteit zoveel mogelijk te beperken.
18. Naar aanleiding van bijgestelde verwachtingen omtrent het aantal reizigers in de toekomst, is door NS
het aantal reizigers parkeerplaatsen teruggebracht tot 270 pp. De reservering van 500 pp in het
plangebied is voorlopig gesitueerd op de hoek Belcrumweg -Stationslaan i.v.m. met de goede
bereikbaarheid en minste overlast voor de omgeving.
-37-