Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 29971] Dienst/afdeling: VSO/JP Van vermogensschade is sprake indien de onroerende zaak minder waard wordt door de gewijzigde planologie. Hierbij speelt uiteraard een belangrijke rol de mogelijkheid inkomen te vergaren op de desbetreffende gronden. Zowel op grond van de "oude" als de "nieuwe" planologie kan slechts een gedeelte van het perceel van aanvrager worden gebruikt als agarisch bedrijfscentrum c.q. bouwvlak. Voor een aanzienlijk gedeelte is dit centrum c.q. bouwblok al gebouwd. Met name op de gronden gezien vanaf de Brielsedreef achter de woning van aanvrager zijn gelegen, heeft aanvrager bouwmogelijkheden. Op gelijke dan wel kortere afstand van deze gronden bevindt zich het agrarisch bedrijfscentrum c.q. bouwvlak Brielsedreef 77. Gelet hierop meent Arcadis dan ook dat geen sprake is van een planologisch nadeliger situatie. Het bestemmingsplan "Buitengebied Prinsenbeek" iaat niet zonder meer grootschalige glastuinbouw toe. Glastuinbouw is eerst mogelijk na toepassing van een in het bestemmingsplan opgenomen wijzigings bevoegdheid. Van deze wijzigingsbevoegdheid is nog geen gebruik gemaakt. Uit jurisprundentie uit 2005 leidt Arcadis af dat in de planologische vergelijking geen rekening behoeft te worden gehouden met een niet toegepaste wijzingsbevoegdheid, ongeacht of deze voldoende bepaald is. Het voorgaande overziende, meent Arcadis dat het bestemmingsplan "Buitengebied Prinsenbeek" voor aanvragers niet leidt tot een negatiever planologische situatie die een waardedaling voor zijn woning en/of andere opstallen tot gevolg heeft. Ad. 2 Met betrekking tot bestemmingsplan "Buitengebied Prinsenbeek, partiële herziening 2005" merkt Arcadis op dat de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op 1 september 2006 het besluit van Gedeputeerde Staten vernietigd heeft en dat voor de onderhavige gronden genoemd bestemmingsplan nog niet onherroepelijk is. Tevens geven zij aan dat de raad pas op een aanvraag om planschade kan beslissen zodra een bestemmingsplan onherroepelijk is. Desondanks heeft Arcadis op verzoek de planologische vergelijking gemaakt en deze opgenomen in het advies. Daar Gedeputeerde Staten momenteel nog geen nieuw besluit heeft genomen omtrent de goedkeuring van het bestemmingsplan "Buitengebied Prinsenbeek, partiële herziening 2005" en er geen zicht is op de datum waarop het bestemmingsplan "Buitengebied Prinsenbeek, partiële herziening 2005" onherroepelijk wordt, dient de aanvraag voor zover het dit bestemmingsplan betreft niet-ontvankelijk te worden verklaard. Conclusie Het door Arcadis uitgebrachte advies is te beschouwen als advies als bedoeld in artikel 3:9 Algemene wet bestuursrecht. Het is niet gebleken dat het advies op onjuiste wijze tot stand is gekomen of dat daaraan anderszins gebreken kleven. Voorgesteld wordt dan ook om in te stemmen met het door Arcadis uitgebrachte advies en de daarin vermelde motiveringen over te nemen. U wordt geadviseerd om, conform het advies van Arcadis, de aanvraag om planschadevergoeding van H.M. Rooijackers, Brielsedreef 79 te Prinsenbeek voor zover deze betrekking heeft op de planologische vergelijking tussen het bestemmingsplan "Buitengebied" van de voormalige gemeente Prinsenbeek en de mogelijkheden van het bestemmingsplan "Buitengebied Prinsenbeek" af te wijzen en de aanvraag voor zover deze betrekking heeft op de vergelijking tussen het bestemmingsplan "Buitengebied Prinsenbeek" en het bestemmingsplan "Buitengebied Prinsenbeek, partiële herziening 2005" niet-ontvankelijk te Consequenties Juridische Tegen het raadsbesluit kan ingevolge de Algemene wet bestuursrecht bezwaar worden ingesteld bij uw gemeenteraad, waarna beroep openstaat bij de rechtbank en hoger beroep bij de afdeling bestuursrecht spraak van de Raad van State. verklaren. -3-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2007 | | pagina 59