Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 30488]
Dienst/afdeling: VSO/ROSV
2. De positie van Breda
Breda heeft in 2004 aangegeven in de periode 2005-2009 6.700 woningen te realiseren. Dit komt
overeen met een subsidievolume van bijna 7 miljoen. Inmiddels zijn de verwachtingen, als gevolg van
de vertraging in Teteringen, voor de periode 2005-2009 bijgesteld naar ca 4.000 woningen (zie concept
Woonvisie maart 2007). Als de productie volgens dit programma wordt gerealiseerd, beschikt Breda over
ongeveer 4.000.000 euro.
Voor de gemeente Breda zal de subsidie per woning naar verwachting 1.000 bedragen. Dit bedrag is
niet zeker omdat het bedrag per woning per jaar afhankelijk is van de productie in Breda, de productie in
de overige gemeenten en de productie in de regio Waalbosch. Bovendien vindt na 5 jaar een
herberekening van de jaarschijven plaats op basis van de totale productie over de gehele periode.
De onzekerheden vragen om een risicobeheersing. Om te voorkomen dat de uitgaven om versnelling te
realiseren en knelpunten op te lossen, de inkomsten overtreffen:
wordt een getrapte besluitvorming voorgesteld: een meerjaren verdeelbesluit in 2007 en een
jaarlijkse actualisatie van het verdeelbesluit in het eerste kwartaal op basis van de
gemeentelijke productiecijfers;
worden twee financiële buffers opgenomen: een jaarlijkse buffer en een buffer over de gehele
periode.
Om te komen tot een verdeelvoorstel zijn de volgende stappen genomen:
1. inventariseren van knelpunten in de productie
2. prognosticeren van de benodigde gelden om de knelpunten op te lossen
3. prognosticeren van de verwachte inkomsten op basis van de geprognosticeerde productie
3.1 Inventariseren knelpunten in de productie
Het BLS geld dient te worden ingezet om de woningbouwproductie te verhogen en/of vertraging te
voorkomen. De gemeente Breda heeft als gevolg van de uitspraak van de Raad van State over
Teteringen een grote vertraging opgelopen. Ter voorkoming van deze vertraging zijn diverse activiteiten
uitgevoerd, die niet hebben geleid tot het productieniveau zoals in 20078 gedacht. Uit resultaten van de
werkgroep "Herstel Teteringen" (omslag 24254) komen enkele belangrijke structurele knelpunten in de
woningbouw productie naar voren. Daarnaast zijn er incidentele knelpunten op projectniveau. De
belangrijkste verbeterpunten zijn:
1de regie en dienstverlening van de gemeente waardoor wordt voorkomen dat de
productievoornemens de markt, de absorptie in bepaalde marktsegmenten overtreffen;
2. de nu lange procedures voor het planologisch faciliteren van woningbouw (structuurplannen,
bestemmingsplannen en artikel 19) waardoor woningen met een vertraging op de markt komen;
3. de kosten van programmatische en stedenbouwkundige kwaliteitseisen aan woongebouwen of
woonomgeving die verband houden met de specifieke locatie en andere belemmeringen, die
redelijkerwijs niet kunnen worden toegerekend aan de ontwikkelaar en die leiden tot vertraging
Voor de verbetering en dienstverlening procesgang bij de nieuwbouwproductie wordt een taskforce
ingesteld, (zie ook de concept Woonvisie Breda). Ter voorkoming van de knelpunten in planologische
procedures wordt voorgesteld om voor 2010 alle bestemmingsplannen voldoende actueel te hebben.
Voor het oplossen van knelpunten als gevolg van programmatische aard wordt voorgesteld een financiële
bijdrage te leveren. Voorwaarden hierbij zijn:
oplossen van knelpunten leidt tot voorkomen vertraging in de woningproductie
de knelpunten vloeien voort uit bijzondere programmatische en stedenbouwkundige
voorwaarden of onvoorziene milieu belemmeringen waarvan de kosten van de oplossing
redelijkerwijs niet kunnen worden toegerekend aan de ontwikkelaar
de gemeente heeft een grondpositie
de gemeente neemt niet de verantwoordelijkheden en het risico van initiatiefnemers over en
dekt geen onrendabele toppen af die voortvloeien uit risicovol of risicomijdend gedrag.
3. Verdeelvoorstel
De stappen
-2-