Gemeente Breda
Registratienr: 31726]
RaadsvoorstelDienst/afdeling: VGEP/VASTG
Agendapuntnummer: 9 Aantal bijlagen:
Betreft:
Nota Grondbeleid 2008.
Inleiding
Op 27 september 2001 stelde de gemeenteraad de "Bijstelling Nota Grondbeleid" vast. Diverse factoren
zoals de (toekomstige) veranderingen in wet- en regelgeving, de ambities van de gemeente Breda zoals
die naar voren worden gebracht in de Structuurvisie 2020 en de Woonvisie 2007-2010 en de steeds
veranderende positie van de gemeente bij de ontwikkeling en realisatie van ruimtelijke plannen, geven
aanleiding de in de Nota Grondbeleid 2001 beschreven koersontwikkeling tegen het licht te houden. Dit
heeft geleid tot de inliggende Nota Grondbeleid 2008 die op 12 januari jongsleden voorlopig is
vastgesteld en in de commissie bestuur op 30 januari is besproken. Voorgesteld wordt dan ook in te
stemmen met de inhoud en de Nota Grondbeleid 2008 vast te stellen.
Voorstel
1. in te stemmen met de inhoud van de inliggende Nota Grondbeleid 2008 en daartoe de als zodanig
gewaarmerkte Nota Grondbeleid 2008 vast te stellen.
Motivering/T oelichting
Zoals in de inleiding reeds is gesteld verdient het om diverse redenen aanbeveling de "Bijstelling Nota
Grondbeleid" die uw raad in zijn vergadering van 27 september 2001 heeft vastgesteld nog eens tegen
het licht te houden. Dat is inmiddels gebeurd en daartoe zijn in eerste instantie workshops gehouden met
de leden van de raad hetgeen heeft geresulteerd in de notitie "Grondverf' die in de raadscommissie
Bestuur op 30 mei 2007 is vastgesteld. In deze notitie zijn de volgende kaders gesteld voor het te voeren
grondbeleid, te weten:
o actief en facilitair grondbeleid in relatie tot ruimtelijk beleid;
o risicomanagement;
o grondprijsbeleid;
o grondexploitatie en kostenverhaal.
Tevens zijn gesprekken gevoerd met de directeuren van de woningbouwcorporaties over zaken als de
relatie tussen het grondbeleid en de prestatieafspraken met de corporaties, de Woonvisie, het prijsbeleid
en de regels voor Europese aanbesteding, mededinging en staatssteun.
Voor wat zowel de genoemde kaders van de gemeenteraad betreft als de onderwerpen die naar voren
gebracht zijn door de directeuren van de corporaties kan het volgende worden opgemerkt. In het
bijgevoegde Nota Grondbeleid wordt in hoofdstuk 1 de relatie gelegd tussen het grondbeleid en de
ruimtelijke ontwikkeling van de stad en de daarbij behorende sectorale doelen. In hoofdstuk 2 wordt
gesproken over actief en facilitair grondbeleid en wat de consequenties daarvan zijn. Primair wordt
gekozen voor een (pro)actief grondbeleid, hetgeen betekent dat enerzijds los van enig gemeentelijk plan
gronden en ander vastgoed kunnen worden aangekocht in het belang van verder in de toekomst gelegen
ontwikkelingen, natuur en ecologische ontwikkelingen en ter verkrijging van compensatie objecten.
Anderzijds dat gronden en ander vastgoed worden aangekocht om er voor te zorgen dat de gewenste
ruimtelijke ontwikkeling van de stad daadwerkelijk gerealiseerd kan worden. Tevens wordt aangegeven
dat in transformatie-, herstructurering- en consolidatiegebieden primair respectievelijk (pro)actief
grondbeleid, actief grondbeleid en facilitair grondbeleid wordt gevoerd. Het zal duidelijk zijn dat een
(pro)actieve grondpolitiek een actief verwervingsbeleid impliceert zoals toegelicht in hoofdstuk 6.