Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 31607]
Dienst/afdeling: VSO/JP
1.
J. Schaerlaeckens.
Samenvatting
Reclamant heeft de woning Nieuw Wolfslaarlaan 35 uit een erfenis verkregen. Vanwege de huidige
toestand van het pand wil hij de woning slopen en op het perceel een nieuwe woning bouwen. De
bouwgrenzen zijn op de plankaart echter zodanig gelegd dat, mede vanwege een recht van overpad dat
op dit perceel rust, herbouw ernstig beperkt wordt. Reclamant verzoekt dan ook de bouwgrenzen naar de
Nieuw Wolfslaarlaan toe te verschuiven en deze gelijk te leggen met de bouwgrenzen op de
naastgelegen bebouwing.
Beoordeling
Vanuit stedenbouwkundig oogpunt zijn er geen bezwaren deze bouwgrens richting de Nieuw
Wolfslaarlaan te verschuiven. Het plan is hierop aangepast.
Conclusie
Deze zienswijze gegrond te verklaren.
2 t/m 5. Stichting Rechtsbijstand namens J.F.W. de Bakker, L. van der Laan en H. Theeuwes, A.
Gaalman en familie Verhoef en anderen.
Samenvatting
Reclamanten hebben bezwaar tegen de regeling in het bestemmingsplan voor het bouwen van
bouwwerken geen gebouwen zijnde. Met name ten aanzien van de regeling dat erfafscheidingen
vóór de bouwgrenzen niet hoger mogen zijn dan 1 meter. Velen hebben inmiddels een erfafscheiding
opgericht zonder de vereiste vergunning vóór de bouwgrenzen en hebben in dat kader een
dwangsomaanschrijving gekregen. Reclamanten zeggen de erfafscheiding te hebben geplaatst vanuit
veiligheidsoverwegingen. Enkele reclamanten hebben in dit kader een verschil in regeling geconstateerd
binnen wijken in de gemeente. In andere wijken (Daalakker) vallen gaashekwerken onder de definiëring
van groene erfafscheidingen. De gemeente handelt in deze niet zorgvuldig. Enkele reclamanten hebben
deze hekwerken reeds gebouwd zonder vergunning en in afwijking van de in het plan opgenomen
regeling zodat deze ook niet gelegaliseerd kunnen worden.
Beoordeling
In het bestemmingsplan is binnen de bestemming "Woondoeleinden" bepaald dat het bouwen van
bouwwerken, geen gebouwen zijnde voor de bouwgrenzen verboden is tenzij deze niet hoger zijn dan 1
meter. Een erfafscheiding vormt de grens tussen twee percelen en wordt opgericht ter afbakening van het
eigendom en in toenemende mate ter bescherming van de privacy van de private buitenruimte. Een
erfafscheiding voor de voorgevel is een apart geval, aangezien hier aan één zijde van de grens sprake is
van publiek belang. Aspecten die hier een rol spelen zijn onder andere:
Ruimtelijke beleving: De beleving van de straat is sterk afhankelijk van de inrichting van de openbare
ruimte. In allerlei suburbane woonmilieus dragen ook de voortuinen sterk bij aan het ruimtelijk beeld.
Het plaatsen van erfafscheidingen in die voortuin is verstorend voor dit beeld.
Verkeersveiligheid;
Welstand.
Om deze redenen zijn gebouwde erfafscheidingen voor de voorgevel hoger dan 1 meter niet
aanvaardbaar.
Reclamanten verwijzen hierbij ook naar de artikel 19 vrijstelling Daalakker, waarin een
erfafscheidingsregel is opgenomen: "Groene erfafscheiding naar openbaar gebied: hagen of gaaswerk
met klimplanten. Voor een gebouwde erfafscheiding buiten het bouwvlak, hoger dan een meter is een
bouwvergunning nodig. Op de kaart is aangegeven waar een erfafscheiding tot 2 meter is toegestaan en
een bouwvergunning kan worden verleend...Op de erfgrens tussen percelen is vergunningsvrij een
erfafscheiding tot 2 meter toegestaan vanaf een meter achter de voorgevel."
Gaashekwerken zijn in principe bouwwerken en kunnen juridisch moeilijk als groene erfafscheiding
worden getypeerd, daarom wordt deze definiëring losgelaten. Ook in de aangehaalde vrijstelling
Daalakkers is het niet toegestaan buiten het bouwvlak een erfafscheiding (bouwwerk)op te richten van
meer dan een meter.
-2-