Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 31607]
Dienst/afdeling: VSO/JP
o Toegevoegd omdat in de bebouwingslinten de zijdelings perceelsafstanden in de bestaande
situatie reeds minder bedragen dan 7 meter, en in sommige gevallen zelfs minder dan 3. Om
overgangsregelingen te voorkomen is het voorschrift hierop aangepast;
Artikel 3.2.4, lid a. de tekst: "waarbij voor de bouwgrenzen wel een erfafscheiding van maximaal 2
meter mag worden gebouwd met dien verstande met dien verstande dat deze niet verder komt dan
de voorgevel van de betrokken woning en op minimaal 0,50 meter uit de perceelsgrens wordt
geplaatst teneinde een beplantingsstrook te creëren;" vervangen door: "waar de hoogte maximaal 2
meter mag bedragen, mits deze erf- en terreinafscheidingen minimaal 3 meter achter (het verlengde
van) de voorgevel van het bijbehorende hoofdgebouw worden gebouwd";
o Om ruimtelijke kwaliteit vanaf de openbare weg en verkeersveiligheid te waarborgen is de eis
opgenomen dat erfafscheidingen op hoekpercelen 3 meter uit de voorgevel moeten worden
geplaatst. Daarentegen is de eis van 0,5 meter vervallen zodat het mogelijk is om
erfafscheidingen op de perceelgrens op te richten.
In artikel 3 "Woondoeleinden", onder 3.3 lid f (oude lid e.): "van het bepaalde in 3.2.2. onder b en c
voor het ophogen van de goot- en bouwhoogte met maximaal 1 meter ter verbetering van de
bruikbaarheid van de ruimte onder de kap met dien verstande dat deze vrijstellingsmogelijkheid niet
van toepassing is op vrijstaande woningen" verwijderd;
o Dit artikel is verwijderd omdat het verwijst naar een stedenbouwkundig niet wenselijke
mogelijkheid;
In artikel 4 "Bedrijfsdoeleinden", onder 4.2.1lid d. "per bedrijf maximaal 1 dienstwoning toegestaan"
verwijderd;
o Is niet wenselijk binnen deze bestemming
In artikel 5 "Gemengde doeleinden", onder 5.2.2 lid a. (oude lid 5.2. lid c) vervangen door"de
hoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer dan 1 meter bedragen"]
o Mogelijkheid was 2 meter, maar vanuit publiek belang en ruimtelijke belevingswaarde niet
wenselijk. Daarom is het verlaagt naar 1 meter;
In artikel 7 "Agrarische doeleinden", onder 7.2, wordt onderscheid gemaakt tussen oprichten van
bouwwerken, geen gebouwen zijnde binnen en buiten bouwvlak;
o Aangepast conform de standaard voorschriften voor deze bestemming
In artikel 7 "Agrarische doeleinden", artikel 7.4 "vrijstellingsbevoegdheid" verwijderd. Bepalingen
verplaatst naar artikel 7.2.1. en 7.2.2.
o Aangepast volgens de standaardvoorschriften.
Bijlagen bij voorschriften:
Lijst van bedrijfsactiviteiten aangepast aan toegestane categorieën.
Consequenties
Degenen die tijdig bij de gemeenteraad een zienswijze kenbaar hebben gemaakt, evenals
belanghebbenden die kunnen aantonen daartoe niet in de gelegenheid te zijn geweest, kunnen
gedurende een termijn van 6 weken bij Gedeputeerde Staten bedenkingen indienen tegen het
vastgestelde bestemmingsplan Nieuw Wolfslaar. Voor zover de gemeenteraad bij de vaststelling van het
bestemmingsplan wijzigingen heeft aangebracht ten opzichte van het ontwerp, kan eenieder gedurende
genoemde termijn bij Gedeputeerde Staten tegen de wijzigingen bedenkingen inbrengen.
Communicatie
Na vaststelling van het bestemmingsplan Nieuw Wolfslaar door uw raad zal het besluit en het
vastgestelde plan gedurende 6 weken ter inzage worden gelegd waarvan kennis gegeven zal worden in
de Staatscourant en het Stadsblad. De indieners van de zienswijzen zullen schriftelijk van het
raadsbesluit op de hoogte worden gebracht.
-6-