Gemeente Breda Registratienr: 32047] RaadsvoorstelDienst/afdeling: VMIL/ML van een bedrijfsterrein op deze plaats dient goed gemotiveerd te worden". Er is in het kader van het MER gekeken naar een alternatieve locatie voor het bedrijventerrein. Hieruit blijkt dat er geen alternatief mogelijk is. Op de Bavelse Berg zelf is het maximale potentieel aan bedrijven al geprojecteerd. Realisatie ter hoogte van het parkeerterrein is vanuit landschappelijk oogpunt geen goede oplossing en verplaatsing naar het oosten heeft een sterk negatieve invloed op de functie van het groenblauwe raamwerk. De motivering is uitgewerkt in paragraaf 3.1Er zijn wel verschillende varianten uitgewerkt voor wat betreft de omvang van het bedrijventerrein: 0 ha, 6 ha en 10 ha. Overigens maakt het plangebied van de Bavelse Berg zelf geen onderdeel meer uit van het groenblauwe raamwerk. Dit in tegenstelling tot wat destijds beschreven werd in het Structuurplan Breda Oost van 2005 en de startnotitie MER; "Bij de bepaling van de cumulatie van de effecten op verkeer moeten ook de geplande woningbouwlocaties Teteringen worden toegevoegd aan de autonome ontwikkelingen". Dit is gedaan. In de referentiesituatie is als autonome ontwikkeling onder andere de woningbouw in Teteringen meegenomen. Zie paragraaf 3.2; "Beschrijf op welke wijze overlast voor bewoners door verkeer maar ook overlast voor andere stromen weggebruikers, bijvoorbeeld op de A27, kan worden voorkomen. Geef daarbij ook aan welke vormen van activiteiten gelijktijdig of juist niet gelijktijdig kunnen plaatsvinden en hoe dit zal worden bewaakt". De effecten van de ontwikkeling van de Bavelse Berg op het verkeer worden beschreven in paragraaf 4.7.4. Hierbij wordt onder andere gekeken wat de gevolgen zijn voor de verkeersafwikkeling, parkeermogelijkheden, het langzaam verkeer, verkeersveiligheid en bereikbaarheid bij calamiteiten. Extra verkeer kan ook leiden tot geluidsoverlast en een toenemende luchtverontreiniging. Dit is onderzocht en wordt globaal beschreven in de paragrafen 4.8.1 en 4.8.2. Achtergrondinformatie kan worden gevonden in de achtergronddocumenten verkeer en geluids- en luchtonderzoek. Bovendien is een aanvullende analyse gedaan voor het jaar 2020 voor verkeer, lucht en geluid waarbij ook de nieuwe ontsluiting van Breda-Oost is doorgerekend en de woningbouw in Tervoort is meegenomen (hoofdstuk 5); "De resultaten van de afzonderlijke veiligheidseffectrapportage moeten worden opgenomen in het MER. De Commissie adviseert hierbij ook de effecten op de sociale veiligheid van nabije woningen en bedrijventerreinen mee te nemen". De resultaten van de veiligheidseffectrapportage (VER)* en de daarin onderzochte invloed op sociale veiligheid zijn samengevat in paragraaf 4.8.4; "Geef aan welke verontreinigingen in het plangebied of de directe omgeving aanwezig zijn en of die beïnvloed kunnen worden door het plan (bijvoorbeeld door vergraving of wijziging van grondwaterstroming)". De invloed op bodem-, grondwater- en oppervlaktewaterkwaliteit is uitgewerkt in paragraaf 4.4.4. Voor wat betreft de invloed van de geplande bouwwerkzaamheden op de samenstelling van de stort en de aanwezige verontreiniging wordt verwezen naar paragraaf 2.3.3 en bijlage 4. Hier wordt uitgewerkt welke randvoowaarden in acht moeten worden genomen om te kunnen bouwen op de afvalberg. Uit het bovenstaande blijkt dat het MER Park Bavelse Berg voldoet aan de richtlijnen. Verder zijn de wettelijke vereisten vervuld en komen er geen onjuistheden in het rapport voor. Dit betekent dat het MER Park Bavelse berg aanvaard kan worden. Vervolg Nadat het MER is aanvaard, vindt publicatie plaats en start de inspraak op het rapport. Dit gebeurt tegelijk met de publicatie en de start van de inspraak/het artikel 10 BRO overleg van het voorontwerpbestemmingsplan Bavelse Berg. De inspraakperiode is zes weken. Het MER wordt tevens verstuurd naar de Commissie voor de m.e.r. en de wettelijk adviseurs. Inspraakreacties over het MER kunnen alleen de drie bovengenoemde beoordelingspunten betreffen. Ook de Commissie voor de m.e.r. en de wettelijke adviseurs kunnen zich alleen uitspreken over de kwaliteit van het rapport, niet over de planologische aspecten. Na de inspraaktermijn heeft de Commissie voor de m.e.r. vijf weken de tijd om een toetsing uit te voeren. Zij gaat na of het milieueffectrapport de gevraagde informatie bevat en zo nee, of de nog ontbrekende informatie cruciaal is voor de besluitvorming. Zij stelt dan aanbevelingen op hoe met deze ontbrekende

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2008 | | pagina 78