3.1.2 Nutsschool als deelnemer in Brede School Geeren Noord
Bijdrage aan het behalen van de inhoudelijke doelstellingen
Een tweede variant is dat de nieuw te stichten Nutsschool gaat deelnemen in de planontwikkeling van
de brede school Geeren-Noord (voortaan: BSGN) en de plaats inneemt van één van de huidige
partners (Kievitsnest van INOS, of Samenloop van OPO). Die laatste school zou vervolgens samen
met de basisschool Wisselaar in één gebouw een brede school in Wisselaar kunnen gaan
ontwikkelen.
De koppeling van de Nutsschool aan BSGN kan een impuls geven aan het versterken van de positie
van de brede school in Geeren-Noord en mogelijk een bijdrage leveren aan een betere spreiding van
allochtone en autochtone leerlingen over de scholen.
Tijdigheid
Het ontstaan van een tweede brede school door toevoeging van de Nutsschool leidt tot
planvertraging in het lopende project Brede School Geeren-Noord. Immers er zal een nieuwe
samenwerkingsrelatie moeten ontstaan tussen INOS en stichting Nutsscholen. Daarnaast zal in de
wijk Wisselaar een samenwerkingsrelatie moeten ontstaan tussen OPO en INOS. De mate van
vertraging is sterk afhankelijk van de benodigde tijd om tot een nieuw definitief ontwerp te komen.
Financiële gevolgen
Met het huidige concept van BSGN is rekening gehouden met 16 groepsruimten. In deze variant moet
rekening worden gehouden met een geschatte uitbreiding van 5-10 lokalen (de uitbreiding van de
Nutsschool, waarbij de ruimtebehoefte van de vertrekkende school wordt geprojecteerd naar de wijk
Wisselaar).
De geschatte meerkosten ten opzichte van het MJP bedragen:
voor uitbreiding van de BSGN 0,9 min. tot 1,9 min;
voor uitbreiding van de Wisselaar op 1,2 min. tot €1,7 min.
Totaal: 2,1 min. tot 3,6 min.
Planologische haalbaarheid
Het programma van eisen van de BSGN moet worden bijgesteld. Een belangrijke randvoorwaarde is
dat het concept moet passen binnen de bestaande contouren. Voor de Wisselaar is verdere
uitbreiding nodig. In het huidige bestemmingsplan is hiermee geen rekening gehouden.
Herverdeling leerlingenstromen
De leerlingenstromen zullen zich herverdelen doordat een nieuwe school zich vestigt binnen de
bestaande voedingsgebieden van de reeds aanwezige basisscholen. Het is vooralsnog moeilijk in te
schatten wat de exacte consequenties zullen zijn. Dit kan slechts op basis van werkelijke
belangstellingspercentages nader worden vastgesteld.
Indien leerlingen uit het gehele voedingsgebied van de te stichten school komen, zullen de
herverdeeleffecten evenwel geringer zijn, dan wanneer de voeding uit een beperkter deel van het
voedingsgebied komt.