Gemeente Breda Registratienr: 32895] Raadsbesluit Dienst/afdeling: BEL van 90,60 en een maximum van 543,52. 5.11.3 Indien in geval van een incomplete aanvraag om sloopvergunning de aanvrager in de gelegenheid wordt gesteld zijn incomplete aanvraag te completeren, wordt het overeenkomstig 5.11.1 berekende bedrag vermeerderd met 5% van het tarief als genoemd onder 5.11.1, met een minimum van 24,16 en een maximum van 120,78. 5.11.4 Indien de aanvraag om sloopvergunning incompleet is en niet verder in behandeling wordt genomen omdat de aanvrager, na daartoe in de gelegenheid te zijn gesteld, de aanvraag niet of onvoldoende completeert, bedragen de leges in afwijking van het bepaalde onder 5.11.1:15% van het tarief als genoemd onder 5.11.1, meteen minimum van €48,31 en een maximum van 271,76. 5.11.5 Indien de sloopvergunning wordt geweigerd dan bedragen de leges in afwijking van het bepaalde onder 5.11.1: 20% van het tarief als genoemd onder 5.11.1, met een minimum van 108,70 en een maximum van 543,52. 5.11.6 Indien de aanvrager schriftelijk verzoekt om overeenkomstig de door burgemeester en wethouders te stellen voorwaarden, hetzij de ontvankelijkheid van de aanvraag om sloopvergunning binnen twee weken te toetsen, hetzij binnen vijf weken, nadat de ontvankelijkheid is komen vast te staan, een beslissing te nemen over de aanvraag om reguliere bouwvergunning, dan wordt, indien aan dit verzoek kan worden voldaan, het overeenkomstig 5.11.1 berekende bedrag, vermeerderd met een toeslag van 100% van dat bedrag met een maximum van 5.435,19. 5.11.7 Indien van de verleende sloopvergunning geen gebruik is gemaakt en de verschuldigde leges volgens 5.11.1 meer dan 600,00 bedragen en door de vergunninghouder schriftelijk wordt verzocht de sloopvergunning in te trekken binnen één jaar na de datum van vergunningverlening, respectievelijk de datum waarop de vergunning van rechtswege is verleend, wordt 50% van het op grond van 5.11.1 verschuldigde bedrag gerestitueerd. 5.11.8 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag om een wijziging van een verleende sloopvergunning, indien door of namens burgemeester en wethouders is vastgesteld dat het om een geringe wijziging gaat: een bedrag naar het tarief en berekend op de wijze als in 5.11.1 bepaald en verminderd met de voor de primaire sloopvergunning berekende leges, met dien verstande dat in elk geval 157,01 is verschuldigd en dat geen restitutie van de voor de primaire sloopvergunning verschuldigde leges plaatsvindt. 5.11.9 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een sloopvergunning als bedoeld in artikel 20 van de Wet op de Stads- en dorpsvernieuwing en/of artikel 37 van de Monumentenwet: 108,70 5.11.10 Indien het verzoek om sloopvergunning op grond van een wettelijk voorschrift ter visie moet worden gelegd wordt het verschuldigde legesbedrag voor elke ter visie legging met 144,94 verhoogd. Monumentenvergunning 5.12.1 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het wijzigen van een monument als bedoeld in de Monumentenwet 1988 of de gemeentelijke monumentenverordening: 20% van het tarief als genoemd onder 5.2.1, met een minimum van 157,01 en een maximum van 1.630,56. 5.12.2 Wordt de aanvraag om een vergunning zoals bedoeld in artikel 5.12.1 ingetrokken voordat de gevraagde vergunning is verleend, dan bedragen de leges in afwijking van het bepaalde onder 5.12.1: 10% van het tarief als genoemd onder 5.2.1met een minimum van 90,60 en een maximum van 543,52. 5.12.3 Indien in geval van een incomplete aanvraag om een vergunning zoals bedoeld in 5.12.1 de aanvrager in de gelegenheid wordt gesteld zijn incomplete aanvraag te completeren, wordt het overeenkomstig 5.12.1 berekende bedrag vermeerderd met 5% van het tarief als genoemd onder 5.2.1met een minimum van 24,16 en een maximum van 120,78. -5-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2008 | | pagina 26