ft Ait h "?etf derd.® lid bedoelde organisaties dienen een client van De Brug voor te dragen
8. Als het afvaardigen van een geschikte cliënt van De Brug niet mogelijk is, is een
voordracht van een niet-cliënt door de organisatie toegestaan.
9. Een lid of plaatsvervangend lid dient in alle gevallen in de gemeente Breda woonachtig te
10. Het lidmaatschap of plaatsvervangend lidmaatschap van de Cliëntenraad is niet
verenigbaar met het lidmaatschap van:
a. de gemeenteraad;
b. een andere door het gemeentebestuur van Breda ingestelde bestuurscommissie'
c. een andere door het management van het CWI en UWV ingestelde
bestuurscommissie, anders dan de eigen cliëntvertegenwoordiqinq
mLSw? V3f i8 1" f de'en de betrokkene schriftelijk mede. dat hij/zij is benoemd tot
ld respectievehjk plaatsvervangend lid van de Cliëntenraad. De benoemde deelt binnen
14 dagen aan het college van B en W mee, of hij de benoeming aanvaardt.
Artikel 4 Voorzitter
1De voorzitter van de Cliëntenraad is onafhankelijk en wordt door het college van B en W
benoemd na een openbare werving. y
2. Artikel 3, tiende lid, is van overeenkomstige toepassing.
3. De Cliëntenraad wijst uit zijn midden een vice-voorzitter aan.
Artikel 5Secretaris
De Cliëntenraad benoemt een van de leden tot secretaris van de raad.
Artikel 6Lidmaatschap
1de duur°van'drie jaar.6 V00rZit,8r' d® 'eden 0n de Plaatsvervangende leden geschiedt voor
herbenoemd' 06 'eden plaatsvervangend leden kunnen maximaal één maal worden
Zowel de voorzitter als de individuele leden kunnen te allen tijde ontslag vraqen
ontslag ve rle n e n W 06 Cliëntenraad gehoord hebbend'te allen tijde aan een lid
5. Voor de benoeming van een lid in een tussentijdse vacature is de in artikel 3
vastgestelde procedure van overeenkomstige toepassing.
6. Het college van B en W kan afwijken van het gestelde in dit artikel, om de continuïteit van
de Cliëntenraad te waarborgen.
Artikel 7Einde lidmaatschap
1. Het lidmaatschap van de Cliëntenraad eindigt:
a. door beëindiging van de zittingsperiode in de Cliëntenraad'
b' BrugZ°Ver h8t 6en C'iënt Van 06 BmQ b6treft' d°0r h8t ni6t' 'anger Cliënt 2iJ'n van De
d. door overlieden'1 belangenor9anisatie om een lid niet meer af te vaardigen;
e.
f.
2.
4.
door tussentijds ontslag, als bedoeld in het derde of het vierde lid van artikel 6'
door het aanvaarden van een onverenigbare functie, als genoemd in artikel 3, tiende
Het college van B en W kan afwijken van het gestelde onder a tot en met c en e tot en
met f in dit artikel, om de continuïteit van de Cliëntenraad te waarborgen.
Artikel 8Overleg met de Cliëntenraad
Ter realisatie van een goede invulling van het gestelde in artikel 47 van de WWB en
ar i e 2 lid 3 van de WSW, en het artikel 1 en 2 van deze verordening, heeft de directeur
Sociale Zaken namens het college van B en W minimaal 2 maal per jaar overleg met de
2.
1.