Artikel 13
In dit artikel wordt de informatieplicht van de gemeente aan de Cliëntenraad geregeld Het
gaat daarbij om informatie die noodzakelijk is voor het functioneren van de Cliëntenraad
Hierbij valt o.m. te denken aan:
concept of vastgestelde beleidsnota's;
ontvangen circulaires van ministeries;
kabinetsvoorstellen m.b.t. wijziging van uit te voeren wetten.
Uit een landelijke evaluatie over cliëntenparticipatie blijkt dat cliëntenraden moeite hebben
met het bereiken van hun achterban en dat ook de continuïteit van de cliëntenraad door het
verloop van leden niet gewaarborgd is. Om de continuïteit te waarborgen en cliënten te
betrekken bij advisering over beleid wordt voorgesteld een cliëntenpanel te vormen.
Cliënten kunnen (op vrijwillige basis) reageren richting de Cliëntenraad. De Cliëntenraad kan
ook vragen stellen aan het Cliëntenpanel. Op die manier voeden cliënten de cliëntenraad
direct met suggesties en ideeën voor beleid. Dit draagt bij aan het beter betrekken van de
achterban bij cliëntenparticipatie.
Ter bevordering van de deskundigheid wordt voorgesteld de Cliëntenraad op hun verzoek
ambtelijk te ondersteunen. Een beleidsmedewerker van de gemeente neemt deel aan de
vergaderingen en geeft voorlichting over beleidsvraagstukken. Verder wordt voorgesteld om
drie maal per jaar een themabijeenkomst te organiseren. Aan de vergaderingen neemt
tevens de onafhankelijke arbeidsadviseur van De Brug deel.
Daarnaast wordt bepaald dat het college kosteloos vergaderruimte ter beschikking stellen.
Artikel 14
De "Verordening rechtspositie raads- en commissieleden 2007" bepaalt dat presentiegelden
aan individuele leden en plaatsvervangende leden worden uitbetaald en niet aan de
belangenorganisaties zelf. Deze verordening is te raadplegen via www.breda.nl.
Zowel het CWI als het UWV vergoeden de vacatiegelden, secretariaat-, post-, en
telefoonkosten van de betreffende eigen leden. Dit betreft een maandelijkse vergoeding.
In de praktijk zal de hoogte van de te ontvangen vergoedingen van de gemeente en van het
CWI resp. UWV weinig van elkaar verschillen. In ieder geval rechtvaardigt het verschil in
vergoeding het aanpassen van de regelingen van grote organisaties als de qemeente het
CWI en UWV niet.
Indien leden een WWB-uitkering ontvangen, wordt het presentiegeld gezien als een
onkostenvergoeding. Een deel van deze onkostenvergoeding, tot een maximumbedrag van
1.500,- netto per jaar wordt vrijgelaten. D.w.z. dat een deel van het ontvangen
presentiegeld, tot 1.500,- per jaar, niet op de uitkering wordt ingehouden (gekort).
De Cliëntenraad kan, op basis van een namens het college goed te keuren begrotinq de
volgende uitvoeringskosten declareren:
Scholing, opleiding, documentatie en voorlichting
- Secretariaats- en bestuurskosten
Porto- en telefoonkosten
Representatiekosten
Kosten onvoorzien
Deze begroting wordt voorafgaand aan het volgende begrotingsjaar ingediend.
8