Het huidige artikel is onduidelijk en voor meerdere uitleggen vatbaar. Door de actualisatie van dit artikel kan er voor zowel de gemeente als voor de burgers en bedrijven geen twijfel meer bestaan wanneer de kapvergunning gebruikt mag worden bij bezwaar/beroep. F. Artikel 15 verhouding tussen kapvergunning en bouw-, aanleg- en/of monumentenvergunningen en de verhouding tussen kapvergunning en een vrijstelling van het bestemmingsplan wordt als volgt geactualiseerd: OUD Artikel 15 verhouding tussen kapvergunning en bouw-, aanleg- en/of monumentenvergunningen en de verhouding tussen kapvergunning en een vrijstelling van het bestemmingsplan 1. Burgemeester en wethouders stemmen de procedures betreffende kapvergunning en aanleg- en bouwvergunning in het ontwerpstadium op elkaar af. 2. De kapvergunning en de bouw-, aanleg-, en/of monumentenvergunningen worden zo veel mogelijk per project gelijktijdig afgegeven. 3. Indien er een bouw-, aanleg-, en/of monumentenvergunning wordt aangevraagd of indien er sprake is van een vrijstelling van het bestemmingsplan, waarvoor tevens een kapvergunning noodzakelijk is, mag van de kapvergunning pas gebruik worden gemaakt als de bouw- aanleg- en/of monumentenvergunning c.q. de vrijstelling verleend is en er daadwerkelijk met de werkzaamheden kan worden begonnen. 4. Indien er een verzoek om een voorlopige voorziening is ingediend betreffende een bouw-, aanleg- en/of monumentenvergunning c.q. een verleende vrijstelling van het bestemmingsplan, mag van de kapvergunning geen gebruik worden gemaakt, zolang er niet afwijzend op het verzoek om een voorlopige voorziening is beslist. 5. Een kapvergunning kan worden geweigerd nadat een bouw- of aanlegvergunning is verleend, indien de rechthebbende aanvrager van een kapvergunning niet, of niet tijdig, of niet volledig de aanwezigheid heeft gemeld van een beeldbepalende of anderszins waardevolle houtopstand aan burgemeester en wethouders. TOELICHTING OUD 3e lid: In sommige gevallen wordt de kapvergunning al verleend voordat de bouw-, aanleg- en/of monumentenvergunning c.q. vrijstelling van het bestemmingsplan is verleend, Het geval zou zich kunnen voordien dat deze bouw-, aanleg, en/of monumentenvergunning c.q. vrijstelling op een later tijdstip alsnog niet wordt verleend en de kap dan al heeft plaatsgevonden. Zolang er nog geen zekerheid bestaat omtrent het afgeven van een bouw-, aanleg-, en/of monumentenvergunning c.q. het verlenen van een vrijstelling mag van de kapvergunning nog geen gebruik worden gemaakt, omdat er geen noodzaak is tot het kappen van bomen als later de bouw-, aanleg-, en/of monumentenvergunning c.q. het verlenen van een vrijstelling alsnog niet doorgaat. NB: de afweging tot het wel of niet verlenen van een kapvergunning vindt meestal al van tevoren plaats in het kader van planologische procedures, zoals bijvoorbeeld bij het opstellen van bestemmingsplannen. In het kader van b.v. het bouwrijpmaken kan de kapvergunning dan na deze planologische afweging verleend worden conform artikel 2van deze verordening. Bij het bouwrijpmaken van grond, waarbij geen sprake is van een bouw- c.q. aanlegvergunning of vrijstellingsprocedure wordt de kapvergunning eveneens afgegeven conform artikel 2 van deze verordening. NIEUW Artikel 15 verhouding tussen kapvergunning en bouw-, aanleg-, sloop en/of monumentenvergunningen en de verhouding tussen kapvergunning en een ruimtelijke ordeningsprocedure 1. Burgemeester en wethouders stemmen de procedures betreffende kapvergunning en aanleg-, sloop-, en bouwvergunning in het ontwerpstadium op elkaar af. 2. De kapvergunning en de bouw-, aanleg-, sloop-, en/of monumentenvergunningen worden zo veel mogelijk per project gelijktijdig afgegeven. 3. Indien er een bouw-, aanleg-, sloop-, en/of monumentenvergunning wordt aangevraagd of indien er 6

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2008 | | pagina 74