Gemeente Breda
Registratienr: 33535]
Raadsvoorstel Dienst/afdeling: VSZ
Langdurig laag inkomen
Onder langdurig laag inkomen stelt het college voor te verstaan een netto maandinkomen tot 110% van
de bijstandsnorm gedurende een ononderbroken periode van 3 jaar (referteperiode) voorafgaande aan
de aanvraag langdurigheidstoeslag. Met de periode van 3 jaar (is nu 5 jaar) én het optrekken van de
inkomensgrens naar 110% wordt aangesloten bij de uitgangspunten van het Bredase armoedebeleid. Dit
wordt verwoord in artikel 3 van de verordening.
Hoogte van de langdurigheidstoeslag
De huidige langdurigheidstoeslag (2008) bedraagt voor een echtpaar 486,-, een alleenstaande ouder
436,- en een alleenstaande 341,- per 12 maanden.
Het college stelt voor om de hoogte van deze bedragen te handhaven en jaarlijks in januari te indexeren
aan de hand van de nieuwe bijstandsnormen. De hoogte van de langdurigheidstoeslag is namelijk gelijk
aan 40% van de van toepassing zijnde bijstandsnorm inclusief gemeentelijke toeslag per maand, naar
boven afgerond op hele tientallen. Dit wordt verwoord in artikel 4 van de verordening.
Door de hoogte van de langdurigheidstoeslag te handhaven gaat de doelgroep er in 2009 niet op
achteruit.De verwachting is dat de langdurigheidstoeslag jaarlijks door de indexatie wordt verhoogd
gezien de jaarlijks stijgende bijstandsnormen. Door de hoogte te handhaven wordt tegemoet gekomen
aan het overgangsrecht behorend bij artikel 36 WWB dat voorschrijft dat een burger er in 2009 niet op
achteruit mag gaan.
Verlaging leeftijdsgrens
Naast de gemeentelijke beleidsvrijheid voor bovenstaande uitgangspunten, heeft de wetgever de
leeftijdsgrens om in aanmerking te komen voor de langdurigheidstoeslag van 23 jaar naar 21 jaar
verlaagd.
Consequenties
Voor de langdurigheidstoeslag op basis van bovenstaande uitgangspunten komen ca 1733 huishoudens
meer dan nu in aanmerking. Het budget voor 2009 (zie ook financiële consequenties) bedraagt
509.000,-. Door meer huishoudens te bedienen wordt een overschrijding verwacht van ca 310.000,-.
Het college stelt daarom voor het te verwachten tekort op te vangen door de Regeling Duurzame
Gebruiksgoederen voor personen jonger dan 65 jaar af te schaffen. Dit levert een besparing op van ca
200.000,-. Door het afschaffen van deze regeling, die in essentie de langdurigheidstoeslag raakt, wordt
de overschrijding van het budget van de nieuwe langdurigheidstoeslag in 2009 naar verwachting
110.000,-.
Zowel de langdurigheidstoeslag als de Regeling Duurzame Gebruiksgoederen zijn bedoeld om burgers
met een langdurig laag inkomen te ondersteunen in het doen van vervangingsuitgaven, met name van
duurzame gebruiksgoederen waarvoor niet meer of moeilijk gespaard kan worden in geval van een
langdurig laag inkomen. Op grond van de Regeling Duurzame Gebruiksgoederen komen echtparen en
alleenstaande ouders in aanmerking voor 250,- per 12 maanden en alleenstaanden voor 175,-.
Volgens het huidige beleid is de langdurigheidstoeslag een voorliggende voorziening voor de Regeling
Duurzame Gebruiksgoederen. Concreet betekent dit dat als een belanghebbende in enig jaar de
langdurigheidstoeslag heeft ontvangen, hij/zij niet meer in aanmerking komt voor de Regeling Duurzame
Gebruiksgoederen. Nu meer huishoudens voor de nieuwe langdurigheidstoeslag in aanmerking kunnen
komen, is het instand houden van de Regeling Duurzame Gebruiksgoederen volgens het college
overbodig.
Het college stelt voor om de Regeling Duurzame Gebruiksgoederen voor personen ouder dan 65 jaar te
handhaven. Deze personen hebben gezien hun leeftijd al geen recht op de langdurigheidstoeslag.
De gevolgen van de afschaffing van de Regeling Duurzame Gebruiksgoederen 65 jaar zijn nader
uitgewerkt en door het college vastgesteld in de Beleidsregels Bijzondere Bijstand 2009 (bestuursvoorstel
33532).
