Gemeente Breda
Registratienr: 33495]
RaadsvoorstelDienst/afdeling: VGEP/EZ
In bovenstaand uitvoeringsprogramma is voor de meeste activiteiten niet verder vooruit gepland dan 4
jaar. Het is de bedoeling het uitvoeringsprogramma jaarlijks bij te stellen en verder vooruit te plannen.
Middelen
De aanleg van nieuwe bedrijventerreinen en zeker ook de herstructurering van bestaande terreinen
vraagt om aanzienlijke investeringen. De daadwerkelijke omvang hiervan is nu niet volledig in beeld te
brengen. Wel is zeker dat de gemeente deze lasten niet alleen kan dragen. Ook andere overheden en
het bedrijfsleven moeten hier aan bijdragen. De Taskforce (her)ontwikkeling bedrijventerreinen geeft in
haar advies aan dat slim (financieel) management en de inzet van (nieuwe) (financiële) instrumenten van
belang is. Te denken valt aan: het koppelen van eigen middelen aan externe subsidiestromen, PPS-
constructies, maar ook aan verevening en/of heffing, grondprijsverhoging en fiscale instrumenten. De
ontwikkeling van veel van deze instrumenten staat nog in de kinderschoenen. De (on) mogelijkheden die
de Wro en de daarin opgenomen Grexwet bieden, dient nog te worden uitgekristalliseerd. Bedacht moet
ook worden dat niet alleen de gemeente, maar de provincie en het rijk in deze een belangrijke rol spelen.
Breda zal de ontwikkelingen op de voet volgen en afwegen welke (financiële) instrumentenmix het best
past bij de Bredase situatie.
De kosten van herstructurering van de bestaande bedrijventerreinen worden momenteel ingeschat op
circa 34 miljoen euro. Voor circa 17,7 miljoen euro moet nog dekking worden gevonden, terwijl voor nog
eens 3.707.000 euro subsidie-aanvragen lopen. Met name op de Krogten is sprake van veel private
ontwikkelingen. Een aantal projecten is vooralsnog opgenomen als PM-post.
Naast de genoemde prioriteitsgebieden zullen ook andere terreinen enige vorm van herstructurering of
revitalisering vragen. De kosten hiervan vallen nog niet in te schatten.
Consequenties
Juridische en planologische consequenties
Een structuurvisie wordt gekarakteriseerd als een strategisch beleidsdocument. Deze structuurvisie bevat
de uitgangspunten van het ruimtelijk beleid op het vlak van bedrijventerreinen. In de uitvoeringsparagraaf
is aangegeven hoe het beleid uitgevoerd gaat worden.
De structuurvisie werkt juridisch gezien niet door richting andere overheden en burgers. Het bindt het
vaststellende overheidsorgaan zelf, dus de gemeenteraad. Ontwikkeling in overeenstemming met
voorliggende visie, vinden hun onderbouwing in deze visie. Indien er nieuwe ontwikkelingen zijn die
strijdig zijn met voorliggende structuurvisie, maar waarbij het toch wenselijk is dat deze gerealiseerd
worden dan dient deze structuurvisie te worden herzien.
Bij de ontwikkeling van nieuwe actuele bestemmingsplannen is voorliggende structuurvisie kaderstellend
en richtinggevend.
De structuurvisie heeft primair een intern structurerende werking. Bestemmingsplannen en
projectbesluiten moeten in overeenstemming zijn met de structuurvisie dan wel in overeenstemming
gebracht worden met de structuurvisie. Komende 5 jaar vind een actualisatieslag plaats van
bestemmingsplannen: dit gelet op vereisten vanuit de nieuwe wet op de ruimtelijke ordening. Deze
bestemmingsplanplanning (die jaarlijks wordt geactualiseerd door de gemeenteraad) is leidend voor het
in overeenstemming brengen van de bestemmingsplannen.
Financieel
Uit deze structuurvisie vloeien geen directe financiële consequenties voort.
Vanzelfsprekend brengen de afzonderlijk projecten in veel gevallen wel (vaak omvangrijke) financiële
gevolgen met zich mee. Vooral de ontwikkeling van nieuwe bedrijventerreinen en de herstructurering van
de bestaande bedrijventerreinen zijn kostbare aangelegenheden.