Gemeente Breda Raadsvoorstel Agendapuntnummer: 5b Registratienr: 33397] Dienst/afdeling: EZG/PE Aantal bijlagen: - Betreft: Voorstel met betrekking tot de grondexploitatieverordening. Inleiding Op 1 juli 2008 is de nieuwe Wet ruimtelijke ordening (Wro) in werking getreden. De grondexploitatiewet is geen afzonderlijke wet, maar een onderdeel van de Wro (afdeling 6.4) en is met name ingesteld om aan de gemeente bij particuliere ontwikkelingen een goede regeling voor kostenverhaal, binnenplanse verevening en het stellen van locatie-eisen te bieden. De instrumenten uit de grondexploitatiewet komen daarmee in de plaats van het oude instrumentarium van kostenverhaal, namelijk de exploitatieverordening en de baatbelasting. Voorstel Vooralsnog geen gebruik te maken van de mogelijkheid om een grondexploitatieverordening op te stellen. Motivering/T oelichting De grondexploitatiewet is een nieuw instrument voor de gemeente. Bepaalde onderdelen van de grondexploitatiewet zijn verplicht, zoals bijvoorbeeld het kostenverhaal, maar ook facultatieve onderdelen zijn opgenomen, zoals bijvoorbeeld het stellen van locatie-eisen en het opleggen van regels met betrekking tot te realiseren woningbouwcategorieën. Daarnaast is het mogelijk om zowel via een privaatrechtelijk spoor (overeenkomst) als via een publiekrechtelijk spoor (exploitatieplan) het kostenverhaal en de regie op particuliere ontwikkelingen te regelen. Dit maakt het noodzakelijk om keuzes te maken op welke wijze omgegaan wordt met de instrumenten die de Grondexploitatiewet aan de gemeente biedt. Ons college heeft op 28 oktober jl. besloten op welke wijze de gemeente Breda gebruik wil maken van de instrumenten uit de Grondexploitatiewet en hoe de Grondexploitatiewet geïmplementeerd wordt in de organisatie. De gecombineerde raadscommissie Bestuur en Bouwen Wonen is op 4 november jl. door ons college over zijn besluiten geïnformeerd. De gemeente mag op grond van artikel 6.23 Wro een grondexploitatieverordening opstellen, maar is daartoe niet verplicht. Zo'n verordening kan procedureregels voor het aangaan van overeenkomsten bevatten alsmede inhoudelijke regels. Een gemeente mag niet alleen zelf bepalen wat in de verordening wordt opgenomen, maar is ook vrij in het bepalen van de inhoud van de verordening. Uiteraard moeten de regels in de verordening wel binnen het wettelijke regime passen. Aan uw raad wordt voorgesteld om vooralsnog geen gebruik te maken van de mogelijkheid om een grondexploitatieverordening op te stellen. Met name afdeling 6.4 van de Wro en afdeling 6.2 van het Bro (Besluit ruimtelijke ordening) bevatten een uitgebreide regeling aangaande de wijze van kostenverhaal. Middels het opstellen van een grondexploitatieverordening legt de gemeente zichzelf extra regels op en ook burgers en marktpartijen. De grondexploitatieverordening vormt daarmee ook een extra toetsingskader en levert dus extra risico op strijdigheid van overeenkomsten met de regelgeving. Tot slot biedt de wet al voldoende rechtsbescherming aan particulieren. Op diverse momenten staat de mogelijkheid open om zienswijzen in te dienen en beroep aan te tekenen tegen het exploitatieplan. Mocht het in de praktijk straks toch benodigd zijn om bepaalde zaken verder te regelen, dan zal dit besluit heroverwogen worden. Consequenties Geen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2008 | | pagina 124