Gemeente Breda Registratienr: 33724] RaadsvoorstelDienst/afdeling: VSO/JP 7k Samenvatting Reclamant vraagt zich af welke motieven ertoe hebben geleid om het afvoeren van het regenwater op de Bavelse Lev, een uitstekend voorstel, te verlaten en te kiezen vooreen "compromis". 7k. Commentaar De locatie van de nieuwbouw is aangesloten op de gemeentelijke riolering. Afvoer van het relatief schone hemelwater via de riolering is in beginsel ongewenst, omdat de riolering en de rioolwaterzuivering op deze wijze onnodig worden belast met schoonwater. Op de verschillende locaties zal moeten worden zorg gedragen voor een vorm van waterretentie. Als mogelijkheid kan worden gezien een 'lozing' op de Bavelse Ley. Dit brongebied wordt van nature gevoed met kwelwater, en regenwater is hier niet gewenst. Er is daarom besloten om regenwater aan de westzijde van de Loevesteinstraat, via een retentie, op de Ley te lozen. Er zal hiervoor door de gemeente in samenspraak met het Waterschap een ontwerp worden gemaakt voor de (retentie)vijver en het omliggende gebied. Deze vijver zal worden aangelegd voordat de lozing van hemelwater op het oppervlaktewater zal worden gerealiseerd. 8. Zienswijze J. Tames houdt het volgende in: 8a. Samenvatting Reclamant geeft aan dat de nieuwbouwplannen niet passen bij de karakteristiek van de Valkenierslaan en verwijst voor een onderbouwing naar de "Stedenbouwkundige visie intensiveringszone Loevesteinstraat" en de "Structuurvisie Breda 2020". Door deze laatste visie overigens is de eerste genoemde visie komen te vervallen. In de structuurvisie wordt over hoogbouw gesproken vanaf 25 meter en in de kaart behorende bij de visie staat de IJoelaar aangegeven als consolidatiegebouw. Ook staat dat er kritisch gekeken moet worden naar ontwikkelingen die een inbreuk plegen op de kwaliteit van woonmiiieus. zoals ruimtelijke verdichting en parkeerdruk. Reclamant verwijst tevens naar het advies van de welstandscommissie van 7 maart 2007 waarin wordt aangegeven dat "de commissie aangeeft bedenkingen te hebben bij de witte kleur vanwege de huidige uitstraling van het gehele ensemble op deze locatie, als vanwege de veroudering van het ensemble op de langere termijn". Tenslotte geeft reclamant aan dat de hoogte van 1 toren 34.9 met is en daardoor niet voldoet aan de eis van maximaal 34 meter. 8a. Commentaar Alle onderdelen van dit bezwaar zijn reeds hierboven gemotiveerd en wij verwijzen naar het gestelde hieromtrent bij o.a. de onderdelen 1a (karakteristiek), 4a en 7c (voor de gemeentelijke visies, 6a (voor welstand), en 1d (voor de hoogte). 8b. Samenvatting De bouwhoogte voor de kantoren commerciële plint inclusief 3e torenis gesteld op 10 en 18.5 meter en dit komt niet overeen met de door de gemeente opgestelde randvoorwaarden. De omvang van het oppervlak van het kantoorgedeelte (effectief circa 2.100 m2) sluit niet aan op het beleid van kleinschalige bedrijfsactiviteiten voor deze wiik. 8b. Commentaar Zie hiervoor het gestelde onder 6c. 8c. Samenvatting Reclamant is het niet eens met de stelling, zoals verwoord in de ruimtelijke onderbouwing, dat de privacy van de bestaande woningen niet substantieel wordt aantast. Middels het maken van een eigen maguette blijkt dat de ramen en balkons van de torens veel inkijk geven in de achtertuinen van de woningen aan de even zijde van de Valkenierslaan. -11-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2009 | | pagina 72