De commissie beoordeelt de in gang gezette verbeteringen dan ook ais positief. Echter, daarbij moet wel worden opgemerkt dat de meeste in gang gezette verbeteringen zich veelal nog in de implementatiefase bevinden en dus nog niet structureel in de organisatie 'geborgd' zijn. Daarnaast zijn op diverse onderdelen nog (verdere) verbeteringen mogelijk en ook noodzakelijk. Met name op de volgende onderdelen dienen naar de mening van de commissie nog (verdere) verbeteringen te worden doorgevoerd: Budgetbeheer en tussentijdse informatievoorziening; Projectbeheersing van reguliere projecten; Financiële inzichtelijkheid, beheersbaarheid en meetbaarheid van het gevoerde grondbeleid; Inzicht in de noodzakelijke omvang van restant kredieten ('cost to complete'); Inzicht in beheersing belangrijkste risico's (en de verhouding tot het noodzakelijke weerstandsvermogen); Op deze en andere onderwerpen zal in hoofdstuk 2 'Aandachtspunten bedrijfsvoering en financiële analyse' worden ingegaan. Het betreft dus onderwerpen die naar de mening van de commissie Bestuur voor verdere verbetering vatbaar zijn en/of nog onvoldoende zijn opgepakt. Om de kwaliteit van de bedrijfsvoering en de daarmee samenhangende financiële verantwoording verder te verbeteren wordt de gemeenteraad geadviseerd van het college (evenals de afgelopen 2 jaar) ten aanzien van een aantal onderwerpen (aanvullende) acties te vragen. Deze adviezen zijn in hoofdstuk 2 ingekaderd en in bijlage 1 samengevat en voorzien van een planning. Hoofdstuk 3 bevat een aantal beleidsmatige bevindingen. Hier zal op onderdelen worden ingegaan op de verslaglegging ten aanzien van de programma's, projecten en taakvelden. Deze programma's projecten en taakvelden zijn ingedeeld conform de begroting 2008. Daarbij is wel gebruik gemaakt van de systematiek zoals deze in de begroting 2009 voor het eerst is toegepast. Dat wil zeggen dat per beleidsveld 'doelstellingen, activiteiten, indicatoren en mate van realisatie naast elkaar in korte beschrijvende vorm zijn gepresenteerd'. Er is dus afgestapt van het 'bolletjessysteem'. De algemene indruk is dat deze systematiek de kwaliteit van de verslaglegging zeker ten goede is gekomen. Toch zijn ook hier nog verbeteringen mogelijk, o.a.: doelstellingen en te behalen resultaten worden vaak 'door elkaar gebruikt'; prestatie-indicatoren en kengetallen kunnen in veel gevallen nog concreter worden uitgewerkt; de relatie tussen prestaties/kengetallen enerzijds en financiële gegevens anderzijds kan beter (vaak is er geen vertaling van gedane uitgaven naar daadwerkelijke/concrete realisatie); De kwaliteit en inhoud van de (verplichte) paragrafen in het jaarverslag kan op onderdelen beter. Los van deze algemene opmerkingen bevat hoofdstuk 3 per commissie een aantal opmerkingen en vragen. De opmerkingen kunnen worden gezien als een ondersteuning bij de behandeling van het jaarverslag in de functionele commissies. De vragen zullen worden voorgelegd aan het college. Procedurevoorstel. Dit pre-advies zal ter bespreking in de functionele commissies en ter advisering in de commissie bestuur worden geagendeerd. Het zal als raadsvoorstel (als voorstel vanuit de commissie Bestuur) ter besluitvorming worden geagendeerd voor de vergadering van de gemeenteraad van 3 juni a.s. Het college wordt gevraagd een schriftelijke reactie op het voorliggende pré-advies te geven. Ten behoeve van de besluitvorming door de gemeenteraad is het wenselijk dat deze reactie beschikbaar is vóór de raad van 3 juni, zodat de raad de reactie kan laten meewegen bij zijn besluitvorming In haar reactie kan het college ingaan op de diverse adviezen die de commissie aan de raad doet en op de vragen die m.n. naar aanleiding van de beleidsmatige toelichtingen (hoofdstuk 3 van deze notitie) zijn gesteld. De adviezen en de vragen zijn samengevat opgenomen in de bijlagen 1. en 2. 4

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2009 | | pagina 139