Gemeente Breda
Registratienr: 33506]
RaadsvoorstelDienst/afdeling: KAB
Agendapuntnummer: 1b Aantal bijlagen: --
Betreft:
Verordening tot wijziging van afdeling 2a van de Algemeen Plaatselijke Verordening Breda 2004.
Inleiding
De wijziging van afdeling 2a van de APV Breda 2004 (woon- en leefklimaatregeling) komt voort uit de
evaluatie van de woon- en leefklimaatregeling. Op grond van deze evaluatie werden de navolgende
aanbevelingen geformuleerd:
Uitbreiding van de vergunningplicht voor smart- en headshops, growshops, belshops en
internetcafé's naar de hele stad;
Aanscherping van de regeling op onderdelen;
Handhaving van de vergunningplicht voor de droge horeca;
Vrijstelling van de natte horeca van de vergunningplicht;
Vrijstelling van de vergunningplicht voor bepaalde inrichtingen, zoals sociaal-maatschappelijke
inrichtingen.
Daarnaast is over de exploitatievergunning van de woon- en leefklimaatregeling ook besproken in het
kader van de vereenvoudiging regelgeving. Daarbij werd vanuit de raadscommissie Onderwijs en
Economie verzocht te bezien of de vergunningplicht kan worden beperkt tot "overlastgevende" horeca en
of de vergunningplicht voor de natte horeca in de aangewezen gebieden kan vervallen.
Gelet op bovenstaande is een nieuwe afdeling 2a opgesteld. Daarbij is ook rekening gehouden met de
aanbevelingen van de VNG en recente ontwikkelingen in en rondom Breda die gerelateerd zijn aan de
doelen waarvoor de woon- en leefklimaatregeling is opgesteld.
Voorstel
Vast te stellen de Verordening tot gedeeltelijke wijziging van de Algemeen Plaatselijke Verordening Breda
2004, waarmee de oude afdeling 2a (woon- en leefklimaatregeling) wordt vervangen door een nieuwe
afdeling 2a.
Motivering/Toelichting
Breda werd in bepaalde delen van de stad in toenemende mate geconfronteerd met de vestiging van
bepaalde categorieën winkels en inrichtingen. Het betrof dan met name de zogenaamde smartshops,
headshops en growshops, maar ook belshops, internetcafés en droge horeca-inrichtingen. Deze
vestigingen droegen er in grote mate aan bij dat het woon- en leefklimaat in de betreffende straten
achteruit ging. Enerzijds door de uitstraling van de winkels zelf. Anderzijds door het publiek dat er op
afkomt.
De vestiging van genoemde winkels en inrichtingen was niet aan andere regels gebonden dan die van
het bestemmingsplan. De gemeente kon daardoor geen voorwaarden stellen aan de vestiging. Hierdoor
ontstonden ongewenste concentraties van smart-, head- en growshops, belshops, internetcafés en
andere inrichtingen. Het woon- en leefklimaat werd daardoor nog sterker aangetast en de openbare orde
werd steeds vaker verstoord.
Er bestond daarom een dringende behoefte om de vestiging van smart-, head- en growshops, belshops,
internetcafés en droge horeca-inrichtingen te kunnen reguleren. Dat wil zeggen paal en perk te kunnen
stellen aan het aantal vestigingen en eisen te kunnen te stellen aan de exploitatie. Daartoe ontbraken tot
2004 de instrumenten.