Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 34883]
Dienst/afdeling: RO/BO
De politie heeft in eerste instantie haar zorgen uitgesproken over situering van de oprit naar het dek
boven de winkelvoorzieningen (bij wedstrijden wordt dek gebruikt voor uitsupporters) nabij het G-vak
van het stadion. Deze opgang blijkt niet op een andere wijze te integreren in het bouwvolume. Na
overleg met de politie is afgesproken dat bij de uitwerking van het winkelplan in overleg met de
politie opgaande hekken worden aangebracht in de openbare ruimte;
Voor de realisatie van het programma zijn extra fietsvoorzieningen benodigd, welke geen sta-in-de-
weg vormen voor een veilig verloop van wedstrijden in het stadion;
In de contracten dienen bepalingen te worden opgenomen ten aanzien van winkeltijden en gebruik
van het stadion. Er dient een protocol ontwikkeld te worden rond risicowedstrijden, of indien het
belang van de openbare orde dit vraagt;
De openbare ruimte verdient nog enige aanpassing en verdieping waar het gaat om de ruimtelijke
en functionele kwaliteit, in relatie tot het op te richten vastgoed. Zo zal P5 (tussen stadion en SVB)
geschikt moeten blijven als evenemententerrein, verdient het groenconcept de nodige aandacht en
zal bij de uitwerking naar een DO voor de buitenruimte extra aandacht dienen uit te gaan naar de
typologie van de diverse publieke ruimten rond winkelcentrum en stadion en hun onderlinge
samenhang (robuuste samenhangende eenheid als bindend element tussen de verschillende
functies dient als uitgangspunt te worden gehanteerd);
Politie, brandweer en hulpdiensten vragen nadrukkelijk aandacht voor toegankelijkheid en veiligheid
gedurende de uitvoeringsfase van zowel de op te richten bebouwing als de aanleg van het openbaar
gebied; een intensieve overlegstructuur, naar analogie van de realisatie van Tetrade (o.a. Euretco)
en de overige bebouwing op Steenakker-Zuid;
Vanuit de raad en de ambtelijke disciplines zijn vragen gesteld rond de duurzaamheidvisie bij zowel
de gebiedsontwikkeling als de ontwikkeling van het stadion. Dit verdient een nadrukkelijke aandacht
bij de verdere uitwerking. De ontwikkelaar betrekt een duurzaamheidspecialist bij de verdere
ontwikkeling, en de gemeente zal in samenwerking met NAC de mogelijkheden onderzoeken bij de
uitwerking van fase 2 van het stadion;
Waterberging en hemelwaterafvoer dienen verder uitgewerkt in overleg met het waterschap. In een
studie van Buitenruimte is de NAC-locatie tevens een optie voor de realisatie van een
vuilwaterberging.
Het voorgestelde stedenbouwkundig plan is ruimtelijk, maatschappelijk en financieel- economisch
uitvoerbaar. Hiermee kan de intentiefase worden afgesloten, conform het bepaalde in de
intentieovereenkomst.
Duurzaamheid
Vanuit de raad zijn vragen gesteld omtrent de duurzaamheid van de ontwikkelingen op Steenakker-Zuid.
De ontwikkelaar heeft op dit gebied de nodige expertise opgebouwd, welke toepasbaar wordt gemaakt op
deze locatie.
De schaalgrootte van Steenakker-zuid is cruciaal om de doelstellingen op het gebied van duurzaamheid
te kunnen bereiken. Door de schaal wordt het mogelijk te investeren in een duurzaam energienetwerk,
centraal watermanagement en in de benodigde innovatie t.b.v. het toepassen van duurzame technieken
en processen. Om zeker te stellen dat energie binnen het gebied optimaal benut wordt, is het van belang
om dit integraal op te pakken. Hiertoe zal een energieconcept ontwikkeld worden voor het totale terrein.
Door gemeenschappelijk en grootschalig te ontwikkelen kan het mogelijk zijn om een duurzame
ontwikkeling neer te zetten, die niet veel duurder hoeft te zijn in de totale exploitatie. Daarnaast kan er
door optimaal georiënteerde en goed geïsoleerde gebouwen veel gewonnen worden m.b.t. het
energieverbruik. Steenakker-zuid leent zich hier perfect voor; door de omvang en het bouwvolume van
het gebied is het immers mogelijk om een gemeenschappelijk energienetwerk te ontwikkelen waarbij de
energie zoveel mogelijk duurzaam wordt opgewekt. Het opwekken van duurzame energie is met de
huidige techniek al zeer goed mogelijk met centrale warmte/koude opslag (WKO), biomassa en/of door
gebruik te maken van restwarmte in de vorm van stadsverwarming. Daarnaast is procesintegratie van
bedrijven onderling goed mogelijk, waarbij vraag en aanbod van energie op elkaar afgestemd wordt. Om
deze reden zal door de ontwikkelaar een centrale organisatie worden opgericht, welke verantwoordelijk
wordt voor de opwekking, inkoop, distributie en afrekening van duurzame energie.
-8-