Xjjgt Gemeente Breda Registratienr: 34344] Raadsvoorstel Dienst/afdeling: RO/SE 13. J. Matthijssen. Inhoud zienswijze. Reclamant bezit het perceel kadastraal bekend Princenhage sectie M nummer 1636. Reclamant vraagt aan dit perceel een recreatieve bestemming te geven hetgeen in overeenstemming is met het gebruik van dit perceel gedruende de afgelopen 30 jaar. Dit perceel is erg belangrijk voor reclamant vanwege zijn gezondheid en de afhankelijkheid van een uitkering. Het gebruik van het perceel heeft de afgelopen 20 jaar verder nooit tot overlast geleid. Beoordeling. Het perceel is in het bestemmingsplan bestemd tot 'Agrarisch met waarden - landschapswaarden'. Dit doet recht aan het feitelijke gebruik van die gronden. Het toekennen van een recreatieve functie aan die gronden zou aan het perceel meer mogelijkheden bieden dan op basis van provinciaal beleid, neergelegd in de Interimstructuurvisie Noord-Brabant/Paraplunota ruimtelijke ordening, mogelijk is. Het enkele feit dat het perceel nu een agrarische bestemming heeft gekregen, overigens gelijk aan de bestemming zoals die in het vigerende bestemmingsplan Buitengebied is opgenomen, geeft geen beperkingen in het gebruik van deze gronden door reclamant. Conclusie. Deze zienswijze ongegrond te verklaren. 14. J. van Meer. Inhoud zienswijze. a. Binnen het gebied met de bestemming 'Agrarisch met waarden - landschapswaarden' is bepaald dat tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen binnen een daarvoor aangewezen bouwvlak moet worden opgericht en/of aansluitend aan het bouwvlak. Volgens de provinciale nota zijn hieraan echter geen beperkingen opgelegd dan dat er geen onevenredige effecten mogen optreden voor landschapswaarden. Reclamant verzoekt dan ook dit aan te passen. Dit is met name noodzakelijk om met de vruchtwisseling roulatie over de percelen mogelijk te maken. Verder staat het provinciale beleid toe dat er een differentiatievlak wordt opgenomen ten behoeve van permanente teeltondersteunende voorzieningen. Ook zou het bouwvlak hiervoor uitgebreid kunnen worden zonder oppervlaktebeperking binnen de AHS-landbouw. Vergroting van het bouwvlak moet dus mogelijk zijn. Reclamant verzoekt aan weerszijden van de Rithsestraat een differentiatievlak aan te wijzen aansluitend aan zijn bouwvlakken en hoge tijdelijke wandelkappen overal toe te staan. b. Vanwege het feit dat alle permanente bebouwing binnen het bouwvlak moet is een maximale omvang hiervan van 1,5 ha te krap bemeten. c. Reclamant maakt bezwaar tegen de aan een gedeelte van zijn gronden toegekende natuurbestemming. Verzocht wordt deze bestemming te wijzigen in een agrarische bestemming. d. Op de percelen van reclamant ligt de dubbelbestemming waarde met de aanduiding archeologie. Deze percelen zijn in het verleden geëgaliseerd, opgehoogd en diepgeploegd. Bovendien is op een diepte van maximaal 90 cm een drainage aangelegd. Het is niet aannemelijk dat deze gronden nog archeologische waarde heeft. Verzocht wordt dan ook deze dubbelbestemming te verwijderen van de percelen van reclamant. e. Reclamant heeft bezwaar tegen de regeling in het bestemmingsplan ten aanzien van tijdelijke woonruimte voor seizoensarbeiders. Volgens de regels kunnen maximaal 40 werknemers zo worden gehuisvest en voor het bedrijf van reclamant is dit te weinig. Hij verzoekt om verhoging van dit aantal. Bovendien verzoekt hij de instandhoudingstermijn van stacaravans of woonunits niet tot 6 maanden te beperken. Hij verzoekt in het bestemmingspan de aanwezigheid permanent mogelijk te maken en de bewoning te beperken tot slechts gedurende 6 maanden per jaar. -10-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2009 | | pagina 55