Gemeente Breda
Registratienr: 34344]
RaadsvoorstelDienst/afdeling: RO/SE
Bovendien is het vestigen van grootschalige horeca op deze locatie in strijd met de uitgangspunten
voor het gebied Balleman. Het landschappelijke karakter van dit gebied en de flora en fauna zullen
door de vele vormen van hinder worden aangetast.
b. Reclamant vindt het bouwvlak van Hoeve Galderzicht te groot ingetekend. Verzocht wordt dit aan te
passen aan de feitelijke situatie.
c. Reclamant ondervindt verder overlast van de verlichting van de buitenbak. Bovendien heeft dit soort
lichthinder negatieve effecten op de natuur, energievoorziening (verspilling), en verstoring nachtelijk
landschap.
d. Door al deze ontwikkelingen zal de waarde van de woning van reclamant aan de Rijsbergsebaan 16
te Galder verminderen. Reclamant geeft aan dat hij bij vaststelling een planschadeclaim bij de
gemeente zal indienen.
Beoordeling.
a. Deze horecabestemming is toegekend omdat in het onderhavige gebouw al zeer lange tijd een
horecabedrijf wordt uitgeoefend en hiertegen nooit is opgetreden. Met deze bestemming wordt recht
gedaan aan de feitelijk al jarenlange bestaande situatie ter plaatse. Met name vanwege de ligging bij
een groot manegebedrijf en op korte afstand van een rijksweg is een horecavestiging als deze ter
plaatse acceptabel. Een dergelijk bedrijf mag echter geen onevenredige overlast veroorzaken naar
de omgeving toe. Dit wordt echter niet via het bestemmingsplan geregeld maar via vergunningen en
handhaving in het kader van de Wet milieubeheer en de Drank en horecawet.
b. Deze opmerking is juist. Het bouwvlak is aangepast. Het parkeren is alsnog buiten het bouwvlak
gebracht. Hiermee is tevens gevolg gegeven aan de eis van Rijkswaterstaat inzake de in acht te
nemen bebouwingsvrije zone vanaf rijkswegen.
c. Deze vorm van hinder wordt niet voorkomen via het bestemmingsplan maar zal een regeling moeten
krijgen in de voorschriften aan een vergunning of melding in het kader van de Wet milieubeheer.
d. Indien reclamant meent door deze regeling in het bestemmingsplan schade te leiden welke
redelijkenwijs niet voor zijn rekening mag blijven dan kan hij deze claimen na het onherroepelijk
worden van het betreffende bestemmingsplan. Een dergelijk verzoek zal, mits het verzoek
ontvankelijk is, door een onafhankelijke deskundige worden beoordeeld.
Conclusie.
Deze zienswijze voor wat betreft het gestelde onder b gegrond en voor het overige ongegrond te
verklaren.
19. E.Jansen.
Inhoud zienswijze.
Het bouwvlak van reclamant is gekoppeld aan het bouwvlak van de buren. Dit is niet juist. Reclamant
verzoekt het plan hierop aan te passen.
Beoordeling.
Bij nader onderzoek is gebleken dat dit inderdaad juist is. Het bouwvlak is in het vastgestelde plan dan
ook gesplitst.
Conclusie.
Deze zienswijze gegrond te verklaren.
20. J.A.J. Baijings.
Inhoud zienswijze.
Maakt bezwaar tegen het aan het bedrijf aan de Hiibergsedreef 24 toegekende bouwvlak voor
teeltondersteunende voorzieningen. Gezien de teelten van het bedrijf zijn geen teeltondersteunende
voorzieningen nodig. Volgens reclamant voldoet het bedrijf aan de Hiibergsedreef 24 niet aan de criteria
als opgenomen in de beleidsnotitie Teeltondersteunende voorzieningen en is het bouwvlak hiervoor
willekeurig opgenomen. Dit kan ook meer in oostelijke richting.
-14-