Treasury statuut 2010. Kader met betrekking tot taakgebieden treasury Artikel 3: Renterisico beheer: 1) De kasgeldlimiet wordt niet overschreden conform de wet Fido. 2) De renterisiconorm wordt niet overschreven conform de wet Fido. 3) Het aantrekken van derivaten om het renterisico te beperken is toegestaan mits het derivaat is aangetrokken als "verzekeringsinstrument" en de onderliggende waarde waarop het derivaat betrekking heeft gelijke modaliteiten (als omvang en looptijd) heeft als de bijbehorende financieringsbehoefte. Enkel derivaten waarbij financiële effect begrensd is mogen worden ingezet. Artikel 4: Kredietrisico beheer 1) Tijdelijk overtollige middelen worden uitgezet bij financiële ondernemingen met in achtneming van de vereisten in de wet Fido met een minimum rating (bij minimaal twee ratingsbureau s) van: a. Looptijd 0-3 maanden minimaal A rating b. Looptijd vanaf 3 maanden minimaal AA-rating. 2) De rating eisen in artikel 4.1. gelden niet voor waardepapier waarvoor een solvabiliteitsratio van o procent geldt. 3) De ratingeisen gelden voor de organisatie die het schuldpapier heeft uitgegeven en/of voor het instrument zelf. 4) Structureel overtollige middelen worden in principe aangewend voor schuldvermindering. Artikel 5: Koersrisico beheer: 1) Koersrisico's worden beperkt door bij uitzettingen met een looptijd tot 1 jaar enkel te doen in instrumenten zonder koersrisico. 2) Koersrisico's worden beperkt door bij uitzettingen met een looptijd langer dan 1 jaar de looptijd af te stemmen op de liquiditeiten planning en/of vervalkalender van de vaste schuldportefeuille. Artikel 6: Valutarisico beheer: 1. Valutarisico's worden uitgesloten door enkel te handelen in euro's. Artikel 7: Financiering: 1. Financieringsmiddelen worden enkel aangetrokken ten behoeve van de publieke taak en door de raad vastgestelde beleidsdoelen,waaronder begrepen de sociale woningbouw. 2. Het aantrekken van financieringsmiddelen om daarmee te beleggen in aandelen met rendementsdoelstellingen is niet toegestaan. 3. De omvang van de opgenomen leningen portefeuille is te allen tijde kleiner dan de balanswaarde van de materiële vaste activa en verkoopbare financiële vaste activa. 4. Financiering met externe financieringsmiddelen wordt zoveel mogelijk beperkt door het inzetten van de interne financieringsmiddelen (reserves, voorzieningen, vooruit ontvangen bedragen. 5. Bij een normale rentestructuur wordt in principe maximaal gebruik gemaakt van kortlopende financieringsmiddelen binnen de wettelijke randvoorwaarden betreffende de kasgeldlimiet en de beschikbare kredietfaciliteiten van de gemeente Breda. 6. De modaliteiten van de aangetrokken financieringsmiddelen worden bepaald met inacht neming van de actuele rentestand en rentevisie, het risicoprofiel van de bestaande schuldportefeuille en de liquiditeitsontwikkeling en -prognose. 7. Bij het aantrekken van financieringsmiddelen met looptijden vanaf 3 maanden worden minimaal 2 offertes gevraagd. Pagina 4 van 5

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2009 | | pagina 24