Gemeente Breda
Registratienr: 35215]
Raadsbesluit Dienst/afdeling: RGR
Artikel 6
De commissie kan - om zich een oordeel te vormen over het functioneren van de burgemeester - besluiten
het college, of een vertegenwoordiging van het college, te horen.
Artikel 7
1Alvorens het verslag aan de raad te zenden, bespreekt de commissie dit met de burgemeester.
2. Indien ter zake van zijn functioneren afspraken met de burgemeester worden gemaakt, worden
deze in het verslag aan de raad vermeld.
3. Indien daarvoor aanleiding is, wordt in het verslag tevens melding gemaakt van gesprekken die
de raad of een commissie uit de raad in een eerder stadium met de burgemeester over diens
functioneren heeft gevoerd, alsmede over eventuele afspraken die daarbij zijn gemaakt.
De commissie vergadert zo dikwijls de voorzitter of tenminste twee leden dit noodzakelijk achten.
De vergaderingen van de commissie zijn besloten.
De voorzitter bepaalt dag, uur en plaats van de vergadering.
De commissie vergadert niet, als niet tenminste de helft van haar leden aanwezig is.
Alle besluiten worden bij meerderheid van stemmen genomen.
Voor de toepassing van het bepaalde in het vijfde lid geldt dat ieder commissielid één stem heeft.
Artikel 9
1De commissie houdt op te bestaan met ingang van de dag volgende op die waarop aan de
gemeenteraad is bekend gemaakt dat er een besluit is genomen de burgemeester al dan niet voor
een nieuwe termijn te benoemen.
2. De voorzitter en de secretaris van de commissie dragen er zorg voor dat, op het tijdstip bedoeld in
het eerste lid, alle archiefbescheiden die de commissie zelf heeft opgemaakt op last van het college
onverwijld in een verzegelde envelop en gerubriceerd als geheim worden overgebracht naar de
krachtens de wet door de raad aangewezen archiefbewaarplaats. Zij dragen er eveneens zorg voor
dat uitvoering wordt gegeven aan het bepaalde in de volgende leden van dit artikel.
3. Van de in het tweede lid bedoelde overbrenging wordt een verklaring van overbrenging als bedoeld
in artikel 9 van het Archiefbesluit 1995 opgemaakt. In deze verklaring wordt melding gemaakt van de
met toepassing van artikel 15, eerste lid sub a en c, van de Archiefwet 1995 gestelde beperkingen
aan de openbaarheid, geldende voor een periode van 75 jaar.
4. Originele bescheiden die de commissie heeft ontvangen van de commissaris van de Koningin
worden onmiddellijk aan hem teruggezonden.
5. Alle overige bescheiden en alle kopieën van de in dit artikel bedoelde bescheiden worden
onmiddellijk vernietigd.
Hoofdstuk III Geheimhouding
Artikel 10 A t
1De leden van de commissie, alsmede zij die haar bijstaan, zijn tegenover een ieder gehouden tot
volstrekte geheimhouding van al datgene wat in verband met het lidmaatschap direct of indirect
aan hen ter kennis is gekomen.
2. De commissie legt in elke vergadering, met toepassing van artikel 86 van de Gemeentewet,
geheimhouding op omtrent de inhoud van de stukken en het verhandelde tijdens de vergadering.
3. Noch de commissie, noch de gemeenteraad zal de geheimhouding opheffen.
4. De geheimhoudingsplicht blijft na ontbinding van de commissie van kracht.
Hoofdstuk IV Slotbepalingen
De verordening treedt met onmiddellijke ingang in werking en vervalt op de dag, bedoeld in
artikel 9 eerste lid
Onverminderd het bepaalde in het eerste lid, blijft de volstrekte geheimhouding, bedoeld in
artikel 10 gelden na het vervallen van deze verordening.
Artikel
1.
2.
3.
4.
5.
6.
Artikel 11
1.
2.
-2-