Gemeente Breda Registratienr: 35256] RaadsvoorstelDienst/afdeling: RO/SE 5b. Reclamant vindt het gestelde in paragraaf 2.2 in strijd met elkaar."De gemeente vindt vestiging van geluidshinderlijke inrichtingen op locaties grenzend aan omringende woonwijken niet meer gewenst. Bovendien wil de gemeente voorkomen dat de geluidzone onnodige belemmeringendan wel vertragingen opwerpt voor nieuwe woningbouwprojecten". Hoe bepaalt de gemeente de grenzen als er geen grenzen meer zijn en hoe kan de gemeente omwonende een beschermingsniveau aanbieden als zij eerst de grenzen weghaalt? Beoordeling Het gestelde in paragraaf 2.2 is niet in strijd met elkaar en moet als volgt worden uitgelegd. Daar waar in de huidige situatie geluidshinderlijke inrichtingen op een bepaalde locatie kunnen worden gevestigd grenzend aan woonwijken, kan na verkleining van de geluidzone geen geluidshinderlijke inrichtingen meer worden gevestigd. Door het nieuwe bestemmingsplan wordt dit expliciet uitgesloten. Op termijn kunnen door nog voor te bereiden nieuwe bestemmingsplannen, mogelijk bepaalde bedrijventerreinen worden omgevormd tot bouwlocaties voor nieuwe woningbouwprojecten. De grenzen van de huidige en de nieuwe geluidzone-industrie en het gezoneerd industrieterrein staan aangegeven op de verbeelding (voorheen plankaart) welke als bijlage was bijgevoegd bij het ontwerpbestemmingsplan en eveneens als bijlage is bijgevoegd bij het bestemmingsplan. 5c. Er is in het bestemmingsplan geen rekening gehouden met het toenemend verkeerslawaai in combinatie met industrielawaai. Ook al betreft het hier geen grote lawaaimakers. Beoordeling Het bestemmingsplan ziet toe op het verkleinen van de geluidzone betreffende industrielawaai en maakt geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk. De feitelijke situatie verandert niet. Derhalve wordt in de berekeningen slechts uitgegaan van datgene wat het bestemmingsplan wel regelt, het verkleinen van de geluidzone-industrie. In het kader van een 'goede ruimtelijke ordening' dienen cumulatie-effecten in kaart te worden gebracht. De gemeente doet de handreiking door deze effecten uitgebreider in kaart te brengen naar aanleiding van de informatiebijeenkomst van 6 oktober 2009. In de toelichting van het bestemmingsplan zijn deze uitbreiding van de onderzoeken verwerkt. De onderzoeken leiden niet tot een andere conclusie dan wel aanpassingen. 5d. De gemeente heeft het over het wijzigen van de geluidszone. Terwijl volgens het ontwerp bestemmingsplan de zonegrens van 50dB(A) komt te vervallen en er nergens een nieuwe grens wordt gesitueerd. Waarom doet de gemeente zoveel moeite om voor een bestemmingsplan, als uit het akoestisch onderzoek blijkt dat na wijziging van de geluidzone wordt voldaan aan de geluidsnorm van 50dB(A). Beoordeling Het klopt niet dat er geen grenzen zijn bepaald binnen het onderhavige bestemmingsplan. Op de verbeelding (voorheen plankaart) behorende bij dit bestemmingsplan staan de grenzen van zowel het huidige gezoneerd industrieterrein en de geluidszone-industrie als het nieuwe gezoneerd industrieterrein en de geluidszone-industrie. De buitenzijde van de geluidzone-industrie is tevens de nieuwe 50dB(A) contour. Hierbuiten mag de geluidsbelasting, veroorzaakt door inrichtingen binnen het gezoneerd industrieterrein, de 50 dB(A) niet te boven gaan. 5e. In het ontwerpbestemmingsplan staat dat de oude 50dB(A) en 55dB(A)- contouren van plankaart worden verwijderd. Waar komen de nieuwe 50dB(A) en 55dB(A)- contouren in de nieuwe situatie te liggen? -4-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2009 | | pagina 187