Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 35525] 8. C. Paans, De Toom 3 te Ulvenhout Samenvatting a De heer Paans merkt in de eerste plaats op, dat de woningen aan De Toom en andere woonstraten één bouwlaag hebben met een kap. Deze karakteristieke bebouwing dient behouden te blijven. De toegestane bouw- en goothoogten van 6 en 10 meter zijn naar zijn mening te hoog. Verzocht wordt deze hoogten aan te passen. b. Ten tweede merkt reclamant met betrekking tot de ontwikkellocatie Hertespoor het volgende op. In de toelichting staat dat een woonbestemming is opgenomen zonder bouwvlak. Dat komt niet overeen met de verbeelding. Verder zouden de gronden ten noorden van deze locatie ook bestemd moeten worden als 'Bos" net als de bosranden langs de Kerkdreef en de Torendreef, omdat hier landschappelijk waardevolle bosbeplanting aanwezig is. c. Ten derde maakt de heer Paans bij de herontwikkeling van de locatie Harmonie, die naar zijn mening belangrijk en positief is voor de dorpskern, de volgende kanttekeningen: - randvoorwaarden dienen vertaald te worden in de planregeling - aandacht voor verkeer en parkeren in de toelichting; analyse en cijfers ontbreken - 30 km/h regime ter hoogte van Dorpsplein is voor voetgangers geen oplossing - waarom is geen aparte horecabestemming opgenomen en valt dit onder centrumbestemming d. Tot slot vraagt appellant zich af hoe de doelstelling voor starterswoningen wordt verzekerd en art. 14.4, sub a5 met betrekking tot mantelzorg wordt gehandhaafd. Beoordeling 4 a Over de zienswijze tegen de toegestane bouw- en goothoogte wordt het volgende opgemerkt. Stedebouwkundig wordt, gelet op onder andere de grootte van de percelen, een hogere bouw- of goothoogte dan de bestaande hoogten aan De Toom en andere woonstraten, zoals voor het gehele woongebied geldt, toelaatbaar geacht. Bovendien wordt het wenselijk geacht dat de eigenaren van deze woningen nog bouwmogelijkheden hebben en er enige flexibiliteit is. b. De bouwmogelijkheden voor het perceel aan het Hertespoor zijn niet rechtstreeks in het bestemmingsplan Ulvenhout opgenomen. De gronden op de ontwikkellocatie Hertespoor zijn in he bestemmingsplan Ulvenhout voorlopig nog conform de vigerende bestemmingsplannen bestemd omdat de voorgenomen bouwplannen ter plaatse van deze locatie nog onvoldoende zeker zijn. Zodra dat wel het geval is, zal een postzegelbestemmingsplan in procedure worden gebracht. Dit plan zal zijn eigen rechtsbescherming krijgen als bedoeld in de Wet ruimtelijke ordening. Geconstateerd is echter wel dat de aan de gronden toegekende bestemming 'Wonen' niet geheel overeenkomt met de op dit moment vigerende bestemmingsplannen "Woongebied Ulvenhout "Kraaijenberg" en "Pennendijk". De verbeelding is daarom aangepast aan deze plannen. c. De verbeelding en planregels zijn aangepast aan het bouwplan van hotel Harmonie De randvoorwaarden, zoals door reclamant aangegeven, zijn vertaald op de verbeelding en in de planregels. Verder is in de toelichting nader uiteengezet hoe wordt voldaan aan de parkeernormen. De Dorpstraat is momenteel al een drukke doorgaande weg met in- en uitritten, waar tevens rekening gehouden dient te worden met fietsers. De in- en uitrit bij "Harmonie" is een bestaande in- en uitrit. Hoewel het aantal in- en uitrijdende auto's beperkt zal toenemen, zal dit niet leiden t tot een verkeersonveiligere situatie. Om de verschillende functies (zoals dienstverlening, detailhandel en horeca) mogelijk te maken, is gekozen voor een bestemming "Centrum". d. De gemeente heeft een inspanningsverplichting om de bouw van goedkope woningen, waaronder starterswoningen mogelijk te maken. Bij nieuwe bouwinitiatieven kunnen in dit kader randvoorwaarden worden gegeven aan de initiatiefnemers. Het bouwen voor specifieke doelgroepen, zoals starters, kan echter niet geborgd worden in een bestemmingsplan. Wel kan via de regels de bouw van woningen voor deze doelgroep mogelijk gemaakt worden bijvoorbeeld door de bouw van aaneengebouwde woningen mogelijk te maken. De gemeente is verplicht de regelgeving te handhaven. In het geval van verleende vrijstellingen met een instandhoudingstermijn dient regelmatige controle ter plaatse plaats te vinden. In dat kader zal dat ook gaan plaatsvinden ten aanzien van mantelzorg. Conclusie Op grond van het bovenstaande achten wij de zienswijze gedeeltelijk gegrond en gedeeltelijk ongegrond. -5- i -- -

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2010 | | pagina 103