Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 35525] e. In de planregels zijn de regels met betrekking tot de 'vrijwaringszone-molenbiotoop' gewijzigd. De regels zijn wat betreft de wijze van meten duidelijker gemaakt. Hierbij is aansluiting gezocht bij het bestemmingsplan "Bestemmingsplan Princenhage, herziening ex artikel 30 WRO", waarin regels met betrekking tot een molenbiotoop rondom de molen in Princenhage zijn opgenomen. f. De verbeelding en planregels met betrekking tot de nieuwe bedrijfslocatie van Van Hooydonk aan de Chaamsebaan 2 zijn aangepast aan het concrete bouwplan. g De bestemming van de locatie Molenstraat 1b is gewijzigd van "Detailhandel naar Wonen met de aanduiding 'detailhandel', omdat bleek dat ter plaatse ook gewoond werd. h. De bestemming 'Bos' is verwijderd en gewijzigd naar 'Natuur'. De gronden met de bestemming 'Bos' in het ontwerpbestemmingsplan Ulvenhout grenzen direct aan het plangebied van het bestemmingsplan "Buitengebied Zuid". De aangrenzende gronden hebben in het bestemmingsplan "Buitengebied Zuid" de bestemming "Natuur". Het is dan ook logischer om de gronden in het voorliggende plan ook een natuurbestemming toe te kennen. De verbeelding, planregels en toelichting zijn hierop aangepast. i. Om te voorkomen dat ook voor nieuwe aan-, uit- en bijgebouwen de verplichting van een kap geldt, zijn de planregels bij de centrumbestemming gewijzigd. j Tot slot zijn geconstateerde onjuistheden in de toelichting, planregels en verbeelding gecorrigeerd. Tevens zijn de planregels en toelichting aangepast aan de Bredase standaard modelregels - en toelichting. 5. Gemeenteraad is bevoegd om te besluiten Volgens artikel 3.1 van de Wet ruimtelijke ordening is de gemeenteraad bevoegd om het nieuwe bestemmingsplan Ulvenhout vast te stellen. De ingediende zienswijzen geven geen aanleiding te besluiten tot het niet vaststellen van het plan. Wel geven de ingediende zienswijzen deels aanleiding tot aanpassing van het plan. Juridisch Na vaststelling van het bestemmingsplan door de raad wordt het bestemmingsplan op grond van arti e 3.8 vierde lid, Wet ruimtelijke ordening opnieuw aan de provincie en de VROM-Inspectie voorgelegd, omdat er ambtshalve wijzigingen zijn aangebracht ten opzichte van het ontwerpbestemmingsplan ij kunnen binnen een termijn van 6 weken nog een reactieve aanwijzing geven indien zij het niet met de wijzigingen eens zijn. Na deze termijn van 6 weken wordt het vastgestelde bestemmingsplan gepubliceerd en kunnen belanghebbenden gedurende 6 weken hiertegen beroep instellen bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State. Na afloop van de beroepstermijn treedt het bestemmingsplan in werking. Financieel KI Voorstel impliceert begrotingswijziging De verbeelding is met betrekking tot de locatie hoek "Bladerstraat - Dorpstraat ambtshalve gewijzigd naar aanleiding van een uitspraak van de rechtbank Breda van 30 november 2009 en bezwaren van omwonenden. De maximale goot- en bouwhoogte is teruggebracht van 9 meter respectievelijk 13 meter naar 6 meter respectievelijk 10 meter. In plaats van 3 bouwlagen met een kap kan nu maximaal 2 bouwlagen met een kap worden gerealiseerd. Dit past stedebouwkundig binnen de bestaande bebouwing aan de Dorpstraat. Door het "wegbestemmen" van deze bouwrechten, is er echter wel een risico dat de ontwikkelaar een verzoek om tegemoetkoming in schade indient (planschade) op grond van afdeling 6.1 van de Wro De gemeente is hier op grond van de Wet ruimtelijke ordening voor verantwoordelijk. Eventuele planschade zal worden gedekt uit de algemene middelen, hiervoor zal bij het opstellen van de 2e bestuursrapportage een begrotingswijziging worden ingediend. -14-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2010 | | pagina 112