Gemeente Breda
Raadsbesluit Registratienr: 35525]
In artikel 13, lid 13.1 (nieuw) onderdeel b, luidende: "ter plaatse van de aanduiding
'detailhandel' tevens detailhandel op de begane grond;" onder vernummering van de
onderdelen c tot en met g naar b tot en met f, te verwijderen.
In artikel 13, lid 13.1, onderdeel c (nieuw) "tevens" te vervangen door "uitsluitend".
In artikel 13 lid 13.1, onder d, (nieuw) na de tekst 'in bijlage 1' en 'in bijlage 2' de tekst 'bij
deze regels' toe te voegen;
In artikel 13, lid 13.1 onder f (nieuw) de tekst 'bescherming en behoud van de vrije windvang
van en het zicht op de molen bescherming' te vervangen door de tekst 'als molenbiotoop';
In artikel 13 lid 13.1 (nieuw) als punt g de volgende tekst toe te voegen:
'g. ter plaatse van de aanduiding 'detailhandel' tevens detailhandel;'.
In artikel 13, lid 13.2.1 (nieuw), onder vernummering van de onderdelen e tot en met g naar d
tot en met f, onderdeel d:
'd.'indien de bestaande maatvoering van gebouwen hetgeen hiervoor is bepaald overschrijdt,
geldt de bestaande maatvoering voor deze gebouwen als maximum; te verwijderen.
In artikel 13, lid 13.2.1, onder f, (nieuw) wordt de tekst:
"binnen de aanduiding 'vrijwaringszone-molenbiotoop' gelden de volgende regels:
1. binnen een afstand van 100 meter tot het middelpunt van de molen mag geen
bebouwing worden opgericht hoger dan de onderste punt van de verticaal staande
wiek;
2.binnen een afstand van 100 tot 400 meter tot het middelpunt van de molen mag geen
bebouwing worden opgericht met een hoogte die meer bedraagt dan 1/30 van de
afstand van het bouwwerk tot het middelpunt van de molen, gerekend vanaf de
onderste punt van de verticaal staande wiek;
3.indien de vrije windvang of het zicht op de molen ter plaatse al is beperkt, is het
bepaalde onder 1 en 2 niet van toepassing, mits de vrije windvang en het zicht op de
molen niet verder worden beperkt."
verwijderd en vervangen door:
ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone-molenbiotoop' gelden de volgende
regels:
1 binnen een afstand van 100 meter vanaf de voet van de molen mogen geen
bouwwerken worden opgericht met een grotere bouwhoogte dan 6 meter;
2. binnen een afstand van 100 tot 400 meter vanaf de voet van de molen mogen geen
bouwwerken worden opgericht met een grotere bouwhoogte dan de maximale
bouwhoogte die is berekend volgens de volgende formule:
maximale bouwhoogte (afstand tot de molen (in meters) 50) (0,2 20,35)
3. in afwijking van het bepaalde onder 1 en 2 is bebouwing met een grotere hoogte
toegestaan, mits het een bouwwerk betreft met een bestaande grotere hoogte of een
lichtmast.
In artikel 13, lid 13.2.2, (nieuw) de tekst onder b., luidende:
"b. de afstand van het hoofdgebouw tot de zijdelingse bouwperceelgrenzen dient bij
vrijstaande woningen minimaal 3 meter te bedragen en voor de overige woningen aan de
zijde waar niet is aangebouwd aan een ander hoofdgebouw minimaal 2,5 meter en mogen
slechts worden overschreden worden voorzover de bouwregels dit toestaan; in het geval de
bestaande afstanden tot de zijdelingse bouwperceelgrenzen minder bedragen dan hiervoor is
aangegeven, gelden deze afstanden als minimaal te handhaven afstanden tot de zijdelingse
bouwperceelgrenzen".
geheel te vervangen door de tekst
"b. de afstand van het hoofdgebouw tot de zijdelingse bouwperceelgrenzen dient minimaal 3
meter te bedragen, met dien verstande dat:
1 bij twee-aaneenwoningen deze minimale afstand in acht dient te worden
genomen aan één zijde;
2. bij aaneengebouwde woningen en gestapelde woningen geen minimale afstand
tot de zijdelingse bouwperceelgrens in acht hoeft te worden genomen;
3. ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - wijzigingsgebied' een minimale afstand
van 1 meter in acht dient te worden genomen;"
In artikel 13, lid 13.2.2, (nieuw) een onderdeel toe te voegen, luidende:
-9