De sanering
Artikel 8
Het saneringsplan
1 Het saneringsplan gaat vergezeld van:
1°. eerder met betrekking tot het geval van verontreiniging uitgevoerd onderzoek, inclusief
risicobeoordeling zoals aangegeven in het meldingsformulier;
2°. de adviesaanvrage als bedoeld in artikel 23, eerste lid, van de Wet bodembescherming,
tenzij die adviesaanvrage achterwege kan blijven op grond van de tweede zin van dat
artikel juncto artikel 28, derde iid, van de Wet bodembescherming of op grond van de
regeling als bedoeld in artikel 23 derde lid omtrent beoordeling reinigbaarheid grond;
3°. het advies van het servicecentrum indien dit is uitgebracht.
2 In het saneringsplan worden de volgende gegevens vermeld:
a. Algemene gegevens:
1° het adres, kadastrale aanduiding (incl. jaartal) en de ligging van het
grondgebied waarop de verontreiniging zich bevindt;
2° een kadastraal uittreksel en kadastrale kaart (incl. jaartal en noordpijl), waarop
het geval van verontreiniging is aangegeven;
3° het gebruik van de locatie;
4° de naam en het adres van degene in wiens opdracht de sanering zal
plaatsvinden;
5° de naam en het adres van degene die een zakelijk of een persoonlijk recht
heeft op het grondgebied als bedoeld onder 1°, alsmede van de gebruiker
daarvan;
6° een beschrijving van de bodemkundige opbouw en de geohydrologische
situatie;
7° een tijdschema met een eventuele fasering, waarbij in ieder geval zijn
aangegeven de datum waarop met de sanering naar verwachting zal worden
begonnen en de datum waarop de sanering naar verwachting zal zijn afgerond;
8° een specificatie van de bij de uitvoering van de sanering betrokken bedrijven en
instanties;
9° de wijze waarop belanghebbenden bij de uitvoering van de sanering zullen
worden betrokken;
10° een overzicht van de benodigde vergunningen, meldingen en toestemmingen
om het werk te kunnen uitvoeren;
11° de wijze van evaluatie en rapportage van de uitvoering van de sanering met
inbegrip van de voorgenomen eindbemonsteringen (evaluatierapport) en een
datum waarop het evaluatierapport zal worden uitgebracht;
12° een beschrijving van werkzaamheden op grond waarvan het College nadien bij
het evaluatierapport kan beoordelen of de sanering volgens het plan is
uitgevoerd, tot welke werkzaamheden in ieder geval behoren:
een mededeling aan het College, volgens een door hem te verstrekken
meldingsformulier, van het tijdstip van de feitelijke aanvang van de
saneringswerkzaamheden, uiterlijk twee weken voor dat tijdstip;
een beschrijving van de wijze waarop de milieukundige begeleiding
plaatsvindt;
het opstellen van een ontgravingskaart en een
grondwateronttrekkingskaart.
b. Keuze saneringsvariant:
1° de gekozen saneringsvariant met het saneringsdoel;
2° indien de functionele eigenschappen die de bodem voor mens, plant of dier
heeft, niet worden hersteld, de argumentatie op grond waarvan dat niet
gebeurt, met een analyse van de risico's voor mens, plant of dier;
3° indien de sanering in fasen wordt uitgevoerd: de voorgenomen fasering,
alsmede het verzoek om een besluit als bedoeld in artikel 38, vierde lid, van de
Wet bodembescherming.
4° indien van toepassing een beschrijving van tijdelijke beveiligingsmaatregelen
die voorafgaande aan de sanering of saneringsfase worden getroffen.
c.
Beschrijving saneringsmaatregelen: