Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 36646]
manieren is al getracht dit te herstellen maar steeds, zoals u uit de opsomming in het verzoek van de
VLIP kunt opmaken, zonder het gewenste succes.
3. Uit (telefonische) informatie van het Waterschap Brabantse Delta is gebleken dat zij naar aanleiding
van de laatste besluitvorming in dit kader voornemens zijn de status van de betreffende waterloop
formeel te wijzigen van leggerwaterloop naar schouwsloot. Deze wijziging komt voort uit het gegeven
dat de betreffende waterloop niet meer als leggerwaterloop aangemerkt hoeft te worden omdat deze
qeen watervoerende functie heeft. Dit betekent dat deze via een besluit van het bestuur van het
Waterschap uit het register van leggerwaterlopen moet worden gehaald Zodra dit besluit is genomen
kan op een aanvraag daartoe een vergunning voor demping opnieuw verleend worden. De procedure
om te komen tot wijziging van het register zal, zoals werd meegedeeld, geruime tijd in beslag
nemen. Voor de goede orde wordt opgemerkt dat de mitigerende maatregelen voor het dempen van
onderhavige sloot door de TOM reeds zijn uitgevoerd.
4. Gelet op het gegeven dat het Waterschap voornemens is de status van de betreffende waterloop te
wijzigen, het feit dat alleen leggerwaterlopen met een positieve bestemming in het bestemmingsplan
worden opqenomen en de wens van de Tuinbouwontwikkelingsmaatschappij, als eigenaar van de
waterloop en de omliggende gronden, om deze te dempen en het feit dat de waterloop vooralsnog
zonder vergunning toch niet gedempt mag worden, is er geen aanleiding op dit moment aan het
verzoek van de VLIP medewerking te verlenen.
5. Op dit moment worden voorbereidingen getroffen om te komen tot een nieuw bestemmingsplan
Buitenqebied Noord. In dit nieuwe bestemmingsplan zal ook het buitengebied van Prinsenbeek
worden meegenomen. Indien uit de door het Waterschap te voeren procedure alsnog zou blijken dat
de status van de betreffende waterloop niet gewijzigd kan worden zal deze in het hiervoor bedoelde
bestemmingsplan weer met een positieve bestemming kunnen worden meegenomen. Tot die tijd zal
de waterloop niet gedempt kunnen worden omdat de regelgeving van het Waterschap daartoe geen
moqelijkheden geeft. Aangezien het streven van de VLIP is het behoud van de betreffende waterloop
en dit nu nog gegarandeerd is, is er ook in die zin dus geen haast om nu al een planherziening op e
stellen.
6. Als het bestemmingsplan nu, op basis van het verzoek van de Vereniging Landschapsbehoud in
Prinsenbeek gewijzigd zou worden en deze waterloop, zoals het Waterschap Brabantse Delta ook
beoogd, toch van status veranderd en op basis hiervan alsnog mag worden gedempt het
bestemmingsplan vervolgens weer moet worden gewijzigd.
1Naar aanleiding van de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State d.d. 4
juni 2010 is het belangrijk tijdig te beslissen. In haar uitspraak heeft de Afdeling namelijk gesteld da
uw raad binnen 6 weken na datum uitspraak, dus voor 16 juli 2010, een beslissing dient te nemen op
het verzoek van de VLIP. Indien deze termijn niet wordt gehaald verbeurd de gemeente per dag een
dwangsom aan de VLIP ter hoogte van 100,-- met een maximum van 15.000,-. Om nu te
voorkomen dat een dwangsom wordt verbeurd dient uw raad dus in de vergadering van 15 juli 20
op dit verzoek een beslissing te nemen.
2. De waterloop ligt in het gebied waarbinnen middels toepassing van een wijzigingsbevoegdheid ook
glastuinbouwbedrijven zijn toegestaan. Het enkele feit dat de bestemming van deze waterloop is
gewijzigd maakt het echter nog niet mogelijk om daar rechtstreeks glastuinbouwbedrijven te vestigen.
Daartoe dient nog steeds een aparte wijzigingsprocedure te worden gevolgd met alle daaraan
verbonden rechtsbescherming. Bij het doorlopen van een eventuele wijzigingsprocedure zal het
college als uitgangspunt hanteren dat uitbreiding van glastuinbouw in het buitengebied rond
Prinsenbeek niet wenselijk is. Een uitzondering geldt voor bedrijven die reeds in het gebied gevestigd
zijn mits het ruimte-beslag van 4 ha per bedrijf niet wordt overschreden en de glastuinbouw
landschappelijk zodanig wordt ingepast dat het zo min mogelijk storend is in het gebied.
De gemeente is in het kader van de actualisatie van het bestemmingsplan Buitengebied
Prinsenbeek-Noord begonnen met een onderzoek naar actuele waarden op het gebied van
archeologie, hydrologie, flora en fauna etc. Een eventueel uitbreidingsverzoek zal eveneens worden
getoetst aan deze actuele waarden. Dit zou ook kunnen leiden tot beperking van
uitbreidingsmogelijkheden en het niet kunnen doorgroeien tot 4 ha.
-2-