maar wordt het resterende bedrag verantwoord onder de crediteuren. Deze situatie doet zich bijvoorbeeld inci denteel voor bij uitkeringen vanuit de provincie. De tweede situatie doet zich voor wanneer de middelen van derden een meerjarige periode beslaan. Het jaar lijks te ontvangen bedrag wordt dan als een bate op het betreffende programma verantwoord waarbij tegelijker tijd een last wordt opgenomen ter vorming van de voorziening. Het doen van de uitgaven die verband houden met de specifieke uitkering, komt rechtstreeks ten laste van de voorziening en loopt niet via de exploita tiebegroting). Aan het einde van de meerjarige bestedingsperiode wordt een eventueel restant verplicht terug betaald aan de verstrekkende partij. Op de verplichting om voor middelen van derden die specifiek besteed moeten worden een voorziening te vormen, bestaat sinds 2008 een uitzondering. In artikel 44 Lid 2 stelt het BBV namelijk dat middelen van derden die specifiek besteed moeten worden, ofwel gebonden zijn, tot de voorzieningen behoren met uitzondering van de ontvangen voor schotbedragen van Europese en Nederlandse overheidslichamen voor uitkeringen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren. Verantwoording van deze bedragen vindt sindsdien plaats onder de overlopende passiva. Voorstel: Voorgesteld wordt om de uniforme verantwoording van voorzieningen in de exploitatie op bovenbe schreven wijze vast te stellen. 5. Resultaatbestemming en reserves Gedurende het jaar is het voor de raad mogelijk om een begroting te wijzigen. Daarbij kunnen ook dotaties en onttrek kingen aan reserves gewijzigd worden. Na afloop van een jaar kan de begroting niet meer gewijzigd worden en wordt het resultaat van dat jaar opgemaakt in de jaarrekening. Ook de mutaties van de reserves worden dan definitief ver werkt3. De commissie BBV heeft in een notitie Resultaatbestemming uiteengezet hoe omgegaan dient te worden met de muta ties in reserves in relatie tot de jaarrekening. In de jaarrekening kunnen de toevoegingen en onttrekkingen tot maximaal het bedrag verwerkt worden dat via de begroting en de wijzigingen daarop door de raad is goedgekeurd. Er zijn twee keuzemogelijkheden om de mutaties te verwerken: de dotaties en onttrekkingen worden verwerkt tot het volledige bedrag van de begroting inclusief wijzigingen (werkelijke dotatie/onttrekking begrote storting/onttrekking); de dotaties en onttrekkingen worden verwerkt tot het werkelijke bedrag van het desbetreffende jaar met als maximum het begrootte bedrag inclusief wijzigingen (werkelijke storting/onttrekking werkelijke uitga ven/inkomsten voorzover minder als begroot Indien werkelijke uitgaven/inkomsten meer dan wordt het begro te bedrag daadwerkelijk geboekt). Het is wenselijk om een jaarrekeningresultaat te presenteren dat zo goed mogelijk inzicht geeft in de (beleids-)prestaties van het desbetreffende jaar. Het inzicht in het resultaat is er mee gediend dat niet meer dan de daadwerkelijke dotaties en onttrekkingen worden verwerkt in de jaarrekening, uiteraard tot het maximum waartoe de raad de begroting heeft goedgekeurd/gewijzigd. Hiermee wordt inzicht verkregen in de daadwerkelijke resultaten en de invulling van de doelstel lingen terwijl ook de daarmee samenhangende mutaties in de reserves op een gelijke wijze verwerkt worden. Voorstel: Voorgesteld wordt de dotaties en onttrekkingen te verwerken tot het werkelijke bedrag van het desbe treffende jaar met als maximum het begrote bedrag inclusief wijzigingen. 6. Rentedotatie aan reserves De hoogte van reserves en voorzieningen dient in overeenstemming te zijn met het doel waarvoor ze ingesteld worden. Dat betekent dat een overschot niet geaccepteerd wordt. Een rechtstreekse rentetoevoeging zoals in het verleden ge bruikelijk, is dan ook niet meer toegestaan. Rentetoevoegingen in de vorm van een dotatie via de exploitatie behoren 3 T Ten aanzien van de bestemming van het jaarrekeningresultaat geldt als uitgangspunt dat dit toegevoegd wordt aan de algemene reserve. Alleen indien onderbouwd kan worden dat specifieke resultaten toegevoegd dienen te worden aan bestedingsreserves wordt hiervan afgeweken. De criteria hiervoor maken onderdeel uit van de richtlijnen van de jaarre kening.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2010 | | pagina 58