Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 36543]
Een verdere toename van het aantal subcentra Woonboulevard, Steenakker, Stadion-locatie)
wordt niet na gestreefd. Voor de ontwikkelingen rondom de Bavelse Berg is een nieuwe situatie
ontstaan.
Winkelcentrum Hoge Vucht wordt de mogelijkheid geboden door te groeien naar het niveau van
een stadsdeelcentrum. Een klein stadsdeelcentrum is een nieuw element in de
detailhandelsstructuur. Een stadsdeelcentrum is groter dan een wijkwinkelcentrum, heeft een
wijkoverstijgende consument verzorgende functie en is naast boodschappen doen gericht op
"efficiënt recreatief winkelen" oftewel een "korte winkeltrip". Winkelcentrum Hoge Vucht is
daarmee geschikt als vestigingslocatie voor een megasupermarkt.
Winkelcentrum Brabantplein:de mogelijkheid door te groeien naar een wijkwinkelcentrum wordt
ruimtelijk en distributie planologisch onderzocht.
De dorpscentra worden niet meer gezien als een onderdeel van de structuur op buurt-en
wijkniveau maar als winkelcentra met een eigen specifiek dorpskarakter en daarmee eigen
ontwikkelingsmogelijkheden.
Het beleid met betrekking tot de vestiging van detailhandel op perifere locaties buiten de
subcentra veelal bedrijventerreinen) is iets aangescherpt.
o de branche woninginrichting wordt op perifere locaties toegestaan indien vestiging op de
woonboulevard en/of de andere subcentra vanwege de aard van het assortiment niet
past.
o om ongewenste branchevervaging te voorkomen worden beperkingen gesteld ten
aanzien van toegestane nevenassortimenten. In z'n algemeenheid geldt dat artikelen
gevoerd mogen worden die niet direct tot het specifieke assortiment van de betreffende
branche of soort winkel behoren tot 10% van de verkoopruimte (wvo) tot een maximum
van 250 m2 wvo. Hierbij is inbegrepen gelegenheidsassortiment ten behoeve van
bepaalde festiviteiten, zoals Kerst, Pasen en Koninginnedag (in de tijd beperking van de
verkoop). Modische artikelen (kleding, schoeisel) zijn echter uitgesloten, met uitzondering
van aan de branchegerelateerde werkkleding en -schoeisel. Voor tuincentra wordt geen
maximale omvang voor de kerstshow gehanteerd.
Welke bedrijventerreinen voor vestiging van deze vormen van detailhandel in aanmerking komen
wordt meegenomen in het kader van de in ontwikkeling zijnde beleidsbriefAfwegingskader
bedrijventerreinvreemde functies".
De toetsingsprocedure voor nieuwe detailhandelsontwikkelingen is voor Breda nader uitgewerkt
en sluit aan op de regionale toetsingsprocedure.
Zondagopenstelling van winkels: voor de gemeente Breda wordt een toerismebepaling in de
Winkeltijdenverordening opgenomen om de mogelijkheden voor de zondagopenstelling voor
winkels te verruimen. Met een toerismebepaling wordt het voor de ondernemers mogelijk in
onderling overleg zelf te bepalen hoeveel en welke zondagen per jaar de winkels open zullen zijn.
Het vonnis van de Rechtbank Amsterdam over de zondagopenstelling van winkels voor heel de
gemeente biedt perspectief inzake de uitbreiding van de zondagopenstelling van winkels. Het maakt
echter (nog) niet direct de weg vrij voor een volledig toeristisch regime in de gemeente Breda. Hierbij
speelt het volgende een belangrijke rol:
- de bedoelde uitspraak werd gedaan in kort geding. Hiertegen is beroep is mogelijk. Het betreft een
voorlopig oordeel dat geen garantie biedt voor de bodemprocedure. Gelet op de grote belangen is de
verwachting dat er verder geprocedeerd zal worden.
- bij de Eerste Kamer is een wetsvoorstel in behandeling tot wijziging van de Winkeltijdenwet. Dit
wetsvoorstel moet misbruik van de toerismebepaling tegengaan. De streefdatum voor inwerkingtreding is
1 januari 2011Dit is afhankelijk van goedkeuring door de Tweede Kamer en Eerste Kamer en de
publicatie in het Staatsblad. De Tweede Kamer heeft al ingestemd met het wetsvoorstel, het is nu in
behandeling in de Eerste Kamer, (bron ministerie van Economische zaken) Deze wetswijziging kan ervoor
zorgen dat gemeenten die inmiddels een toeristisch regime hebben ingesteld, dit moeten herzien of
intrekken.
-6-