Gemeente Breda
Raadsvoorstel
R^rfsvnnrstel Registratienr: 36769]
Na vaststelling van het bestemmingsplan door de raad zal het bestemmingsplan gepubliceerd worden en
kunnen belanghebbenden gedurende 6 weken hiertegen een beroep instellen bij de Afdeling
Bestuursrechtspraak van de Raad van State.
Op qrond van artikel 3.8, vierde lid, Wet ruimtelijke ordening kan het vaststellingsbesluit pas na 6 weken
worden gepubliceerd omdat de Provincie en de VROM-Inspectie in de gelegenheid gesteld dienen te
worden om te beoordelen of de wijzigingen ten opzichte van het ontwerp in overeenstemming zijn met
Gedeputeerde Staten hebben op 19 juli 2010 aangegeven dat de wijzigingen (terugbrengen van
vigerende rechten) geen provinciaal belang betreffen en zij zullen geen gebruik maken van de
mogelijkheid tot het geven van een aanwijzing.
Voor de VROM-inspectie wordt verwezen naar de brief van 19 mei 2010 waarin wordt aangegeven dat
geen overleg nodig is indien geen nationaal belang aan de orde is. In dit geval is hiervan geen sprake.
De 6-weken termijn voor een reactieve aanwijzing zal derhalve niet gehanteerd worden.
Financieel
Voorstel impliceert begrotingswijziging
Planexploitatie/kostenverhaal
De Wet ruimtelijke ordening (Wro) maakt met het bepaalde in afdeling 6.4 het vaststellen vari een
exploitatieplan verplicht voor een aantal bouwactiviteiten wanneer deze planologisch m°ge iJk worden
gemaakt in een bestemmingsplan, een wijziging van een bestemmingsplan een projectbesluit ofeen
projectafwijkingsbesluit. De bouwplannen waarbij een exploitatieplan verplicht is en welke zijn opgenomen
in artikel 6.2.1 van het Besluit ruimtelijke ordening zijn:
de bouw van een of meer woningen;
de bouw van een of meer andere hoofdgebouwen;
de uitbreiding van een hoofdgebouw met ten minste 1000 m2 of met één of meer woningen;
de verbouwing van één of meer aangesloten gebouwen die voor andere doeleinden in gebruik of
inqericht waren, voor woondoeleinden, mits ten minste tien woningen worden gerealiseerd,
de verbouwing van één of meer aaneengesloten gebouwen die voor andere doeleinden in gebruik
of ingericht waren, voor detailhandel, dienstverlening, kantoor of horecadoeleinden, mits de
cumulatieve oppervlakte van de nieuwe functies tenminste 1000 m2 bedraagt;
de bouw van kassen met een oppervlakte van ten minste 1000 m2.
Geen exploitatieplan is nodig indien het verhaal van de exploitatiekosten over de gronden anderszins
verzekerd er geen fasering en of tijdvak behoeft te worden vastgelegd en geen locatie-eisen (openbare
ruimte of woningbouwcategorieën) hoeven te worden vastgesteld. De Wet ruimtelijke ordening is
qewijzigd waardoor voor onbenutte bouwruimte die al opgenomen was in een bestemmingsplan die nog
op basis van de oude Wet op de Ruimtelijke Ordening is opgesteld en vastgesteld en bij de herziening
van dat bestemmingsplan na 1 juli 2008 geen andere bestemmingsregeling is vastgesteld, geen
exploitatieplan hoeft te worden vastgesteld.
Voor de realisering van de herontwikkeling is een overeenkomst over de grondexploitatie met de
initiatiefnemer gesloten om de bijbehorende kosten, waaronder planschadekosten, te verhalen.
Er bestaat op basis van het bovenstaande voor het onderhavige bestemmingsplan geen aanleiding tot
kostenverhaal middels een exploitatieplan. Gelet op het vorenstaande is er dan ook geen verplichting om
tegelijkertijd met het plan een exploitatieplan op te stellen.
-6-