Gemeente Breda
Raadsbesluit
Registratienr: 36079]
Toelichting
Algemeen
Op 28 juli 2009 is de Wet gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningen (WGA) in werking getreden.
Uitgangspunt van deze wettelijke regeling is de verplichting voor gemeenten om burgers toegang te
verlenen tot een antidiscriminatievoorziening (ADV). Volgens artikel 1 van deze wet dient de ADV bijstand
te verlenen bij klachten over discriminatie en deze klachten te registreren.
In de toelichting bij artikel 1:2 van deze verordening wordt de zorgplicht van iedere gemeente nog eens
benadrukt.
In artikel 2, tweede lid, van de WGA wordt opgedragen dat de gemeenteraad met inachtneming van het
bepaalde in deze wet of - krachtens deze wet - bij verordening regels vaststelt omtrent:
- de inrichting van de antidiscriminatievoorziening bedoeld in artikel 1en
de uitvoering van de taak door deze voorziening, bedoeld in het eerste lid van artikel 2, onder a.
De wet is nader ingevuld in een Algemene Maatregel van Bestuur vastgesteld op 16 september 2009, het
Besluit gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningen. Voorts is in de Staatscourant van 26 januari 2010
een Ministeriële Regeling tot vaststelling van het registratieformulier voor klachten over discriminatie
gepubliceerd.
In de WGA is in artikel 2:2 opgenomen dat de gemeenteraad bij verordening regels vaststelt omtrent de
inrichting van de antidiscriminatievoorziening en de uitvoering van haar taak. Nu veel van de nadere
invulling die de wet behoeft in het besluit is geregeld, kan deze verordening beknopt blijven. Ook kan deze
verordening zich richten op het belang van samenwerking met andere gemeenten en stroomlijning van de
subsidieprocedure betreffende de in de WGA benoemde taken.
Artikelsgewijze toelichting
Artikel 1:1
Deze bepaling behoeft geen toelichting.
Artikel 1:2
Zoals in het algemene deel van deze toelichting al is aangegeven, is deze zorgplicht opgenomen in artikel
1 van de wet. In wetstechnische zin is het dan ook niet noodzakelijk om deze hier te herhalen. Er is voor
gekozen om dat wel te doen, nu deze zorgplicht zozeer de kern van de regelgeving uitmaakt. Het
opnemen ervan draagt sterk bij aan de begrijpelijkheid van deze verordening.
Artikel 1:3
Discriminatie is niet aan gemeentegrenzen gebonden. Regionale samenwerking met naburige of
vergelijkbare gemeenten (bijvoorbeeld Tilburg) is bevorderlijk voor goed inzicht in trends en
ontwikkelingen, en voor goed antidiscriminatiebeleid. Regionale samenwerking wordt verder geregeld via
de aanwijzing discriminatie van het college van procureurs-generaal van het OM, die voorschrijft dat in
iedere politieregio een regionaal discriminatieoverleg (RDO) ingesteld wordt tussen politie, OM,
antidiscriminatievoorziening en in ieder geval de korpsbeheerdergemeente. In de regio Midden en West
Brabant is deze taak ondergebracht bij de gemeente Tilburg. Omdat Breda en Tilburg verhoudingsgewijs
grote gemeenten zijn, nemen beiden deel aan dit RDO dat eenmaal in de twee a drie maanden wordt
georganiseerd. Indien zich bepaalde calamiteiten op het gebied van discriminatie voordoen in andere
gemeenten binnen de regio ontvangen zij een uitnodiging tot deelname. Opvallende voorvallen op het
gebied van discriminatie en/of uitsluiting en welke aanpak hierop gewenst is zijn vast agendapunt en
belangrijke inzet binnen het RDO is versterking van de onderlinge samenwerking.
Dit artikel legt twee concrete zaken vast: regionale inzameling van gegevens die vergelijkingen mogelijk
maakt en periodieke bijeenkomsten met meerdere gemeenten die bespreking van die cijfervergelijkingen
en aanverwante zaken mogelijk maakt.
-2