Gemeente Breda
Raadsvoorstel Registratienr: 37077]
Agendapuntnummer: 4 Aantal bijlagen: -
Onderwerp
Initiatiefvoorstel tot het instellen van een tijdelijke raadscommissie Woningbouwprogrammering.
Voorgesteld besluit
1Een raadscommissie Woningbouwprogrammering in te stellen.
2. Als voorzitter van de commissie de heer F.H.W. (Frans) Szablewski aan te wijzen.
3. Als leden van de commissie aan te wijzen:
WD. mevrouw E.P.M.M. (Ine) van Hasselt;
PvdA: de heer A. (Arend) Hardorff;
CDA: de heer A. (André) Lips;
D66: de heer A. (Bart) Vos;
GroenLinks: de heer OS. Selguk) Akinci;
SP: de heer S.A.A. (Bas) Maes
Breda'97: de heer B. (Bernie) van den Berg
Trots op Nederland: de heer T.A. (Tim) Jené
Leefbaar Breda: de heer J. (John) Stubenitsky.
commissielid, niet zijnde raadslid.
Inleiding
Op 15 juli jl. heeft het college de notitie "Stedelijke programmering 2020, Koers gezet" vastgesteld en aan
de raadscommissie Ruimte aangeboden met de vraag om reactie op de door het college daarin gemaakte
keuzes. In die notitie zijn naast de getalsmatige volumes voor woningbouw, bedrijventerreinen en
kantoren een aantal algemene kaders beschreven voor de (hoofd)keuzes die het college wil maken.
Het college geeft aan voornemens te zijn de gemeenteraad op een later tijdstip - bij de start van het traject
van herziening van de Structuurvisie - voor te stellen de in de notitie opgenomen kaders vast te stellen
als basis voor de maatregelen die het college treft.
Eveneens heeft het college op 15 juli de gemeentesecretaris opdracht gegeven om op basis van deze
notitie een regie- en actieplan stedelijke programmering te laten opstellen dat aan het college ter
vaststelling dient te worden aangeboden.
In genoemde notitie "Koers gezet" wordt aangegeven dat een aantal - substantiële - bouwinitiatieven niet
kunnen worden gerealiseerd c.q. moeten worden uitgesteld. Dit heeft grote impact; niet alleen in ruimtelijk
en financieel opzicht maar ook wat betreft het woon- werk- en leefklimaat in Breda. De daarvoor op
pagina 11 van de notitie beschreven kaders zijn - behoudens die van de omvang van de woningbouw -
erg ruim geformuleerd.
Aan de voorkant van dit traject ligt een wezenlijke rol voor de raad als hoogste bestuursorgaan; uiteraard
in goed samenspel met het college en met respect voor eikaars positie en bevoegdheden.
De raad zal zich daarbij voor wat betreft het vraagstuk van de stedelijke programmering focussen op de
strategische keuzes: dat wil zeggen op de dossiers met een grote impact voor wat betreft:
de financiële positie van de gemeente;
de relatie met de regio en de provincie;
het woon- werk- en leefklimaat;
de verkeerskundige infrastructuur;
- voorzieningen als detailhandel, gezondheidszorg en onderwijs;
de stedelijke ontwikkeling van Breda.