Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 36778]
Het winnende prijsvraagontwerp dat mede door wijkbewoners is uitgekozen, is de onderligger voor het
huidige plan.
In dit plan zijn keuzes gemaakt, onder andere vanuit de aspecten leefbaarheid en veiligheid. Het bieden
van voldoende voorzieningen in Heuvel is hierbij een belangrijke doelstelling.
Voorts verwijzen wij naar het gestelde onder beoordeling 2.11, waarin wordt aangegeven dat de
samenhangende visie op de ontwikkeling van het plein is aangegeven in de Ontwikkelingsvisie Heuvel
2010-2015.
De zienswijze achten wij ongegrond.
4. Gemeenteraad is bevoegd om te besluiten
Volgens artikel 3.1 van de Wet ruimtelijke ordening is de gemeenteraad bevoegd om het
bestemmingsplan "Dr. Struyckenplein" vastte stellen.
Ambtshalve aanpassingen
Het bestemmingsplan is aangepast aan de op 1 oktober 2010 in werking getreden Wet Algemene
Bepalingen Omgevingsrecht (WABO); deze aanpassingen betreffen slechts een aanpassing in
terminologie (ontheffing wordt afwijking etc.).
Voorts is het plan gecorrigeerd op type-, taal- en stijlfouten.
Afwegingen
De ingediende zienswijzen geven geen aanleiding om te besluiten het plan niet vast te stellen. Wel geeft
een zienswijze aanleiding om hoofdstuk 3.3 van de toelichting van het plan aan te passen.
Juridisch
Na vaststelling zal het bestemmingsplan gepubliceerd worden en kunnen belanghebbenden gedurende 6
weken hiertegen rechtstreeks beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van
State. Na afloop van de beroepstermijn treedt het bestemmingsplan in werking.
Financieel
Planexploitatie/kostenverhaal
De Wet ruimtelijke ordening (Wro) maakt met het bepaalde in afdeling 6.4 het vaststellen van een
exploitatieplan verplicht voor een aantal bouwactiviteiten wanneer deze planologisch mogelijk worden
gemaakt in een bestemmingsplan, een wijziging van een bestemmingsplan, een projectbesluit of een
projectafwijkingsbesluit. De bouwplannen waarbij een exploitatieplan verplicht is en welke zijn opgenomen
in artikel 6.2.1 van het Besluit ruimtelijke ordening zijn:
de bouw van een of meer woningen;
de bouw van een of meer andere hoofdgebouwen;
de uitbreiding van een hoofdgebouw met ten minste 1000 m2 of met één of meer woningen;
de verbouwing van één of meer aangesloten gebouwen die voor andere doeleinden in gebruik of
ingericht waren, voor woondoeleinden, mits ten minste tien woningen worden gerealiseerd;
de verbouwing van één of meer aaneengesloten gebouwen die voor andere doeleinden in gebruik
of ingericht waren, voor detailhandel, dienstverlening, kantoor of horecadoeleinden, mits de
cumulatieve oppervlakte van de nieuwe functies tenminste 1000 m2 bedraagt;
de bouw van kassen met een oppervlakte van ten minste 1000 m2.
Bovendien is een exploitatieplan nodig als locatie-eisen (aan openbare ruimte of woningcategorieën)
gesteld moeten worden en/of het bepalen van een tijdvak of fasering noodzakelijk is.
Geen exploitatieplan is nodig indien het verhaal van de exploitatiekosten over de gronden anderszins
verzekerd is én er geen fasering en of tijdvak behoeft te worden vastgelegd én geen locatie-eisen
(openbare ruimte of woningbouwcategorieën) hoeven te worden vastgesteld.
-21-