stadskantoor, waardoor je ook veel gerichter kan gaan zeggen dan gaan we op een andere manier, lean en mean, die organisatie inrichten. En dan kost het ook geen ontslagen. Dat zou voor de SP dan leuk geweest zijn, als die dat te horen zou krijgen. Maar dat krijgt hij nou niet te horen. DE VOORZITTER: Dank u wel. Mijnheer Ernst, WD. DE HEER ERNST: Dank u wel voorzitter. Onze fractievoorzitter heeft het ook al gezegd, je moet ook oppassen dat je niet een dubbeltelling krijgt, want enerzijds is er al een taakstelling gezegd tegen het college. En deze discussie die spitst zich ook een beetje toe op: ga dingen efficiënter doen, meer uitvoeren, minder beleid, en daar kunnen we ons helemaal in vinden. En ook wij denken wel datje dat in die taakstellingen, in die omslag van meer uitvoeren en minder beleid, dat daar wat meer te vinden is. Ik hoor dat eigenlijk ook wel door de hele discussie. Ook vinden we wel dat een efficiënte bedrijfsvoering toch wel ook altijd zit in een opgave die een college sowieso heeft. Dus kijk goed of het nodig is en of het nodig is op die manier. DE VOORZITTER: Valt u nou mevrouw Koger van GroenLinks bij? DE HEER ERNST: Ja, en ik maak wel even de nuancering datje dus wel moet oppassen. Want we hebben de doorrekening nog niet echt gekregen en we hebben nu een aantal gebieden ook wel vandaag benoemd, maar daar zit gegarandeerd ook wel een overlap in. Dus we moeten ons nu ook niet rijk rekenen. DE VOORZITTER: Dank u wel. Mevrouw Haagh, Partij van de Arbeid. MEVROUW KOGER: Niets is zo erg en dat doen we vaak, als dubbel rekenen. Maar daar hebben we ook wel rekening mee gehouden. DE VOORZITTER: Mevrouw Haagh, Partij van de Arbeid. MEVROUW HAAGH: Dank u wel. Volgens mij hebben wij dezelfde exercitie gedaan als GroenLinks de afgelopen dagen. Ook wij hebben echt gekeken naar waar het nog wat minder zou kunnen. En dan valt het bijvoorbeeld ook op dat waar we wel echt structureel minder inboeken voor inkomsten van bouwleges bijvoorbeeld, datje daar niet ziet dat die afdelingen sterk gaan krimpen, in elk geval nu nog niet. Dat is iets wat volgens mij wel moet gaan komen en wat we echt ook nog in getallen terug moeten zien. Ook wij gaan dus voor die extra taakstelling, wat ons betreft op de interne bedrijfsvoering. Wat ik nog even niet gehoord heb, is de regionale samenwerking. Dat werd wel in de eerste termijn door in ieder geval D66 volgens mij en GroenLinks genoemd, op het gebied van EZ. Daar valt volgens ons nog wel echt meer uit te halen, om daar wat overlap in fte's te vermijden. DE VOORZITER: Mevrouw Verkuylen, CDA. MEVROUW VERKUYLEN: Dank u wel voorzitter. Ik heb al eerder gezegd: de zorg voor een efficiënte bedrijfsvoering is een zorg voor ons allemaal, voor de hele organisatie en voor altijd. Daar is wat ons betreft niks nieuws onder de zon, maar wel een hogere urgentie, gelet op de taakstelling waar we voor staan. Ik kan nog heel even, op het puntje van de bezuiniging op EZ, ingaan, waar ik een aantal mensen als voorstander van hoor. Het CDA is dat niet. Wij vinden dat een aanjaagfunctie om het economisch klimaat te bevorderen wel heel belangrijk is. En laten we wel wezen, je moet natuurlijk altijd kijken of er geen overlappingen zijn met de organisatie in de regio. Maar hier winnen we de wedstrijd niet mee. De begroting is zo klein datje daar echt richting die 10 miljoen weinig uit haalt. En het belang van goede deskundige mensen in huis om het economisch klimaat te bevorderen, vinden wij toch wel heel hoog. Dus wij zijn er geen voorstander van.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2011 | | pagina 46