Opheffing Artikel 18 18.1 De regeling wordt opgeheven wanneer de colleges van tenminste drie/vierde van het aantal deelnemende gemeenten daartoe besluiten. 18.2 De opheffing gaat in op de eerste dag nadat de besluiten daartoe zijn opgenomen in de registers als bedoeld in artikel 27 van de Wet gemeenschappelijke regelingen, tenzij het besluit een latere datum aangeeft. 18.3 In geval van opheffing van de regeling besluit het algemeen bestuur tot liquidatie en stelt daarvoor de nodige regels. Hierbij kan van de bepaling van de regeling worden afgeweken. 18.4 Het liquidatieplan wordt door het algemeen bestuur, de raden van de deelnemende gemeenten gehoord, vastgesteld; het liquidatieplan wordt ter kennisneming toegestuurd aan Gedeputeerde Staten. 18.5 Zo nodig blijven de organen van het openbaar lichaam ook na het tijdstip van de opheffing in functie, totdat de liquidatie is beëindigd. Overgangsbepaling Artikel 19 Het openbaar lichaam Nazorg gesloten stortplaatsen Bavel-Dorst en Zevenbergen treedt, in opdracht en onder verantwoordelijkheid van de deelnemende gemeenten, in de plaats van de rechten en plichten van voormalig Milieu en Afval Regio Breda voor de zaken aangaande de genoemde stortplaatsen. Slotbepalingen Artikel 20 Het gemeentebestuur van de gemeente Breda zendt namens de deelnemende gemeenten de regeling, alsook de besluiten tot wijziging en opheffing van de regeling, aan Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant. April 2011 Gemeenschappelijke Regeling Nazorg Gesloten Stortplaatsen Bavel-Dorst en Zevenbergen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2011 | | pagina 81