Gemeente Breda Bij een goothoogte van maximaal 4,5 meter is het niet mogelijk om hieronder twee volledige bouwlagen te realiseren, dit vanwege de binnenhoogte van een verdieping die is voorgeschreven in het Bouwbesluit, een verblijfsgebied van een woonfunctie moet bijvoorbeeld een plafond hoogte hebben van 2,6 meter. Dit maakt het enkel mogelijk woningen te realiseren waarbij de verdiepingsvloer deels in de kap is ondergebracht, te weten anderhalve bouwlaag met kap. 10. Voor de woningen Bavelselaan 131 133 en Bavelselaan 141 143 is de maximale goot- en bouwhoogte van anderhalve bouwlaag met kap in de planregels vastgesteld op respectievelijk 4,5 en 7,8 meter. Tevens is in de planregels voorgeschreven dat de woningen enkel mogen beschikken over een kap, ook is de nokrichting vastgesteld. Met deze voorschriften wordt er nog strenger en specifieker gestuurd op de bebouwingsmogelijkheden. Zoals bij de beoordeling onder punt 9 is aangegeven wordt bij de bezonningsdiagrammen gebruik gemaakt van een standaard computerprogramma. De kaprichtingen en kapsoorten hebben geen gevolgen voor de schaduwwerking ter plaatsen. Met betrekking tot de plaatsing van de nieuwe hoofdbebouwing willen wij erop wijzen dat de meest gangbare maat van een hoofdgebouw bij vrijstaande en halfvrijstaande woningen ten opzichte van de perceelsgrens minimaal 3 meter bedraagt. Binnen het onderhavige project is gekozen om de hoofdgebouwen te situeren op minimaal 4 meter uit de perceelsgrens. Deze afstand is groter dan algemeen hiervoor wordt gehanteerd en groter dan de afstand die nu is opgenomen in het huidige bestemmingsplan. Deze voorwaarde is juist gesteld vanwege bescherming van de privacy van de bewoners aan de Barbaralaan. Met betrekking tot het uitzicht kan worden medegedeeld dat binnen het vigerende bestemmingsplan voor gebouwen een bouwhoogte van 4 meter is toegestaan op minimaal 2,5 meter uit de perceelsgrens. Deze bebouwing (bedrijfsgebouwen) kan over de gehele breedte gebouwd worden. In de onderhavige procedure heeft het hoofdgebouw een maximale goot- en bouwhoogte van respectievelijk 4,5 meter en 7,8 meter. Het hoofdgebouw wordt op minimaal 4 meter uit de perceelsgrens gesitueerd. Een woning heeft daarbij een kleiner volume dan een bedrijfsgebouw. Gelet hierop wordt het uitzicht ten opzicht van het geldende bestemmingsplan, maar ook op de feitelijke situatie, enigszins gewijzigd. Doch ons inziens is deze wijziging, mede gelet op het feit dat het een binnenstedelijke ontwikkeling betreft en door de aanpassing van de randvoorwaarden, niet onaanvaardbaar. 11 In het bestemmingsplan kan maar één keuze gemaakt worden. In samenspraak met de eigenaren is gekozen voor anderhalve bouwlaag met kap, mede omdat vanuit de omgeving gesteld werd dat woningen met kap beter passen binnen de aanwezige bebouwing. 12 Met betrekking tot de opmerkingen van reclamanten over de invloed op het woon- en leefklimaat verwijzen wij naar de beoordeling onder de punten 4, 5, 8 en 9. Voor wat betreft de mogelijke precedentwerking kan erop worden gewezen dat een stad, en daarmee ook een wijk, altijd in ontwikkeling is en er zal altijd, in meer of mindere mate, gebouwd worden. Het mogelijk maken van de gevraagde uitbreiding betekent niet dat dit een vrijbrief is voor onbegrensde toename van bebouwing op het perceel en in de wijk. Een verzoek dat bij het gemeentebestuur binnenkomt, wordt per geval beoordeeld. Alleen daar waar dit vanuit ruimtelijk-planologisch oogpunt wenselijk wordt geacht, kan eventueel medewerking worden verleend middels de daarvoor bedoelde procedures. Het feit dat er, volgens reclamanten vergelijkbare, projecten binnen Breda worden toegestaan wil dus niet zeggen dat dit op andere locaties ook op voorhand wordt toegelaten. Situaties zijn zelden één op één vergelijkbaar. 13. In de toelichting in het bestemmingsplan zijn de afgesproken randvoorwaarden opgesomd. Zoals onder de beoordeling bij punt 6, 8 en punt 10 is veel belang gehecht aan het waarborgen van de privacy van bewoners aan de Barbaralaan. Er is tegemoet gekomen aan de wens de privacy te respecteren. Zo is als voorwaarde gesteld dat tijdens de bouw geen uitzichtgevende ramen gesitueerd mogen worden in de zijgevels (noordgevel) van de woningen die aan de achtertuinen van de Barbaralaan grenzen. De garages mogen een maximale bouwhoogte hebben van 3 meter. De erfafscheiding, welke in zijn huidige vorm (het stenen gedeelte) als uitgangspunt mogelijk gehandhaafd blijft, dient 3 meter hoog te worden. 14. Gelet op hetgeen hiervoor opgenomen onder punt 4, 5, 6, 8, 9 en 10 zijn wij van mening dat de belangen van reclamanten zijn betrokken en dat met de geformuleerde randvoorwaarden voldoende tegemoet wordt gekomen aan hun belangen. Wij zijn van mening dat met het realiseren van het project geen belangen van derden onevenredig zullen worden geschonden, 15. De volgende randvoorwaarden zijn rechtstreeks vertaald in de planregels en op de verbeelding: a. Door middel van de plaatsing van het bouwvlak wordt voor de woningen Bavelselaan 131 - 133 en Bavelselaan 141 - 143 gewaarborgd dat het hoofdgebouw met de zijgevel minimaal 4 meter uit de huidige perceelsgrens moet worden geplaatst, Raadsvoorstel Registrator: 38198] >w

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2011 | | pagina 119