Gemeente Breda
Hiernaast heeft de gemeente Breda reclamant benaderd om te vragen deel te nemen aan
mediation, maar reclamant zag hierin geen meerwaarde. Hoewel reclamant zegt door de Stichting
niet op de hoogte te zijn gebracht van de plannen en het verloop van de procedure is dit geen
reden om het bestemmingsplan niet vast te stellen. Er is geen sprake van een proceduregebrek,
3. Het pand van reclamant bevindt zich deels op het perceel kadastraal bekend als gemeente Breda,
sectie C, nummer 2090, wat in eigendom is bij de Stichting. In het huidige bestemmingsplan
'Krogten'' heeft dit perceel de bestemming 'gemengde doeleinden' en zijn deze gronden
uitdrukkelijk bestemd voor een dierenasiel en een vogelopvangcentrum. In het nieuwe
bestemmingsplan krijgt dit perceel de bestemming 'Maatschappelijk' en worden de gronden
bestemd voor een dierenopvangcentrum. In zowel het huidige bestemmingsplan, als in het
nieuwe plan, bestaat de mogelijkheid voor de Stichting om uit te breiden op het perceel kadastraal
bekend als gemeente Breda, sectie C, nummer 2090. De mening van reclamant dat de huidige
strook grasveld, het uitloopveld op kadastraal perceel nummer 2090, behouden dient te blijven,
vindt dan ook geen grondslag in het huidige en in het nieuwe bestemmingsplan.
Conclusie
Op grond van het bovenstaande achten wij de zienswijzen ongegrond.
4. Ambtshalve aanpassingen in het bestemmingsplan Krogten, Oude Baan 60-62
Tijdens de terinzagelegging van het ontwerp van het bestemmingsplan zijn zowel in de regels als
in de toelichting omissies geconstateerd, waartegen geen zienswijzen naar voren zijn gebracht
maar welke wel aangepast dienen te worden. Deze ambtshalve wijzigingen betreffen in hoofdzaak
de volgende:
a. In het algemeen het herstellen van enkele typefouten in de toelichting;
b. Paragraaf 6.3 in de toelichting: Dierenarts wordt dierenartsenpraktijk,
c. Paragraaf 8.2.2 in de toelichting: Aangepast aan het verloop van de
bestemmingsplanprocedure;
d Onder hoofdstuk 1 in de planregels zijn de volgende begrippen toegevoegd:
- Aan- en uitbouw: een gebouw dat is gebouwd aan een hoofdgebouw waarmee het in
directe verbinding staat en dat in bouwkundig opzicht ondergeschikt is aan het
hoofdgebouw, maar daar wel functioneel onderdeel van uitmaakt;
Belwinkel: elke ruimte voor het bedrijfsmatig aan het publiek gelegenheid bieden tot
het voeren van telefoongesprekken, al dan niet in daarvoor bestemde belcabines,
waaronder mede begrepen het verzenden van faxen en het toegang bieden tot het
internet al dan niet in combinatie met de verkoop van telefoons of accessoires voor
telefoons;
Bijgebouw: een al dan niet vrijstaand gebouw, dat in functioneel en bouwkundig
opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;
e Onder hoofdstuk 1 in de planregels is het begrip "omgevingsvergunning: vergunning als
bedoeld in artikel 2.1 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo)" verwijderd omdat dit
begrip niet is opgenomen in de gemeentelijke standaard;
f Onder hoofdstuk 1 in de planregels is het begrip "ruimtelijke kwaliteit" aangepast aan de
gemeentelijke standaard van "het behoud en de versterking van de natuurlijk, landschappelijk
en cultuurhistorisch waardevolle kwaliteiten, alsmede een verbetering van de kwaliteit van de
bebouwde omgeving" naar "kwaliteit van een gebied dat bepaald wordt door de mate waarin
sprake is van gebruikswaarde, belevingswaarde en toekomstwaarde";
g. Onder hoofdstuk 2 in de planregels is artikel 3.1 'Bestemmingsomschrijving aangepast van
"De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
a. een dierenopvangcentrum;
met daaraan ondergeschikt:
b. commerciële doeleindenbehorende bij het dierenopvangcentrum;
c. een dierenarts;
d. nutsvoorzieningen;
Raadsvoorstel Registratienr. 38389]
-5-
>w
